18 APRIL 1977
389
len; in Breda betreft houd ik het maar op een poging
ook populair over te komen. Naar onze mening speelt dit
roei punt bij dit onderwerp geen rol.
rbij In het amendement over de winstuitkering van
;al het E.N.W.A. en het grondbedrijf wordt de raad voor
gesteld deze inkomsten uit de capaciteit te lichten,
lat: In de afgelopen jaren hebben de winstuitkeringen
van het E.N.W.A. en het grondbedrijf altijd onder-
Ljk deel uitgemaakt van de door het college aangeboden
jen capaciteit. Door de inkomsten van het E.N.W.A.
thans uit de methodiek te lichten zouden voor het
ie- huidige voorzieningenniveau van Breda, een niveau
waarop wij allemaal trots kunnen zijn, ernstige
consequenties ontstaan. Ten aanzien van de uitke-
le- ring uit het grondbedrijf verbaast dit amendement
Lng mijNog niet zo lang geleden is door de progressie-
)o- ven in een gezamenlijke commissievergadering over
len de grondpolitiek een lans gebroken voor invoering
van erfpacht in Breda. De inkomsten die men via dit
ca- amendement wil afvoeren zijn juist de inkomsten
xr- uit erfpacht, die als logisch gevolg van de bij het
lag- bij de begroting 1974 ingenomen standpunt tot de
te capaciteit dienen te worden gerekend,
id Hieraan wil ik meteen onze slotconclusie ver-
ip binden: naar de mening van de V.V.D.-fractie zijn
lit motie en amendementen overbodig en voor wat betreft
i- de consequenties ondeskundig.
m- De VOORZITTER: Ik concludeer dat het streven
naar een meerjarenbegroting waarbij meer inzicht
;u- wordt verkregen in de lasten die het gevolg zijn
;e- van de in de komende jaren te nemen beslissingen,
;en algemeen zeer positief wordt gewaardeerd. Het col-
.ng lege is hiervoor erkentelijk, al moet ik vaststel
ing len dat deze zaak niet alleen in het college, maar
de ook in de raad meerdere keren aan de orde is ge-
weest. Tevens is men het erover eens dat het bepa-
le len van de financiële ruimte ofwel het bepalen van
im de budgettaire capaciteit een goede zaak is. Er
zijn echter ook punten waarover verschil van mening
1 bestaat en ik zal trachten de mening van het college