18 APRIL 1977 407 an- het later blijkt tegen te vallen krijgt u de pro- len, blemen met de werkgelegenheid ook later. Wat dat al betreft is het volstrekt legaal, an De VOORZITTER; Als het zou meevallen zouden wij nu, in deze situatie te weinig hebben gedaan. Dat zult u met mij eens zijn. Ik ben het met U eens dat de klap als het tegenvalt later komt, maar u zult het met mij eens zijn dat wijindien wij op dit moment activiteiten achterwege laten of moge- lijkheden niet benutten, de klap nu incasseren, an hoewel dat misschien niet nodig is. Dat is de strekking van mijn betoog. kt De heer WELSCHENAls er van een klap gespro- ard- ken kan worden! De VOORZITTER: Ik neem aan dat de heer Welschen t het woord"voortoveren" in verband met de ruimte waarover hij heeft gesproken niet als zodanig heeft e- bedoeld. Het zou er dan op lijken dat het zijns in ziens gaat om een magisch gebeuren, waarop niemand de enig zicht kan krijgen. Ik geloof dat wij in de af- n- gelopen periode een methode ontwikkeld hebben die as- het de raad mogelijk maakt in deze moeilijke mate rie een zo duidelijk mogelijk inzicht te hebben, r- Ik constateer voorts dat wij het eens zijn over de belastingvoorstellen, maar bepaald oneens en zijn wij het over de winstuitkeringen. Uitvoerig ingaan op het tarievenbeleid zou teveel tijd ver gen, ik raad de heer Welschen aan het rijksbeleid e- inzake energiegebruik en tariefstelling te volgen rdt waaruit bijvoorbeeld de relatie tussen de prijzen ge- van gas en olie blijkt. Ik heb wel eens het gevoel a- dat het rijk meer profiteert van de van rijkszijde vastgestelde tarieven dan wij van de door ons ge hanteerde. Ik gun het het rijk, maar hopelijk neemt men het mij niet kwalijk dat ik graag een groter deel van die dus mede door het rijk -bepaalde tarie ven in de gemeentekas zou zien vloeien. Als men meent dat de openbare nutsbedrijven voor de taak worden gesteld winst te maken komen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 407