13 JANUARI 1977
41
vind dat men hier in de commissie algemene .zaken
maar eens over moet spreken, mede aan de hand van
de inspraaknota waarin wordt opgemerkt dat in dit
geval de inspraak zeer goed zou zijn begeleid.
Overgaand naar de financiële aspecten, wijs
ik erop dat op blz. 3 van het voorstel staat:
"In het budget van de dienst voor Jeugd en Sport
zal voor 1978 ruimte aanwezig dienen te zijn voor
een dergelijke exploitatielast." Wij zouden wil
len vragen of de wethouder op dit ogenblik kan
aangeven voor welke sectoren van de dienst jeugd
en sport dit eventueel nadelige gevolgen zal heb
ben. Voordat wij een besluit nemen, zouden wij
graag behoorlijke informatie krijgen en we hadden
op dat punt iets meer van het raadsvoorstel ver
wacht
Tot slot zou ik willen vragen te onderzoeken
in hoeverre het mogelijk is uit de pot "grote
werken" gelden voor het project-Het Ei ter be
schikking te stellen, teneinde de exploitatiete
korten voor de eerstkomende jaren wat redelijker
te maken. Wij zijn al met al met het voorstel bij
zonder gelukkig, in het bijzonder met het oog op
de burgerij in de gedeelten van de stad waar men
al geruime tijd zonder zwemwater zit.
Wethouder VAN GRAAFEILANDMijn beantwoor
ding van de over dit voorstel gemaakte opmerkin
gen kan buitengewoon kort zijn, vooral omdat we
het in algemene zin met de beide sprekers eens
zijn. De waarschuwende woorden die de heer Van
Dongen heeft geuit, spreken ook het college aan.
Wij zijn ons er volkomen van bewust dat de lasten
die het nieuwe bad, hoe goed het ook is, met zich
mee zal brengen, budgettair het nodige te beteke
nen heeft en dat alles in dezelfde financiële
ruimte zal moeten worden gevonden. Het is nu een
maal zo dat je niet in een auto kunt rondrijden
die van binnen groter is dan van buiten; dat geldt
ook voor het totale budget van de gemeente Breda.
Dit betekent dat er ten aanzien van voorstellen