18 APRIL 1977 425
Vervolgens komen wij tot het voorstel zelf,
4
met name tot bladzijde 6 waarop de door het college
n
voorgestelde taakstelling alsmede het resumé vermeld
gd
staan. Onder punt 3 wordt voorgesteld: "rekening
-
houdend met de taakstelling van de in te stellen
ota.
projectgroep te komen tot een beleidsplan permanen
n-
te educatie" en onder punt 4 "voor eind 1977 te ko
ge-
men met een ontwerpplan plaatselijk vormings- en
ijk
ontwikkelingswerk". Dit laatste punt vinden wij
tan
enigszins onduidelijk. Naar onze mening moet onder
iet
punt 4 in plaats van het voorstel, voor eind 1977
te komen met een ontwerpplan, duidelijker worden
de-
vermeld dat er een globaal educatief plan moet ko
s-
men, dat zeer snel moet worden ingediend. Ik heb de
tekst van de rijksbijdrageregeling vormings- en ont
>or-
wikkelingswerk volwassenen van 7 juli 1976 er bij
,e
gehaald. In artikel 23 staat dat het plan moet wor
is
den ingediend vóór 1 november en dat is dus geen
die
"eind 1977". In artikel 6 is nog eens duidelijk
nog
uiteengezet dat in het in te dienen plan een samen
leid
hangend patroon van sociaal-culturele en educatieve
>r-
voorzieningen, alsmede een gevarieerd aanbod aan
L
vormings- en ontwikkelingswerk en onderwijs voor
volwassenen, dient te worden aangegeven, teneinde
lag
aan de educatieve wensen te kunnen beantwoorden.
int-
Dat is dus een meer uitgebreide begripsomschrijving
i,
dan hetgeen althans naar ons oordeel onder
punt 4 van dit voorstel staat vermeld. Ten aanzien
van de datum van 1 november wil ik nog even wijzen
l
op een zinsnede in de toelichting op artikel 23,
die als volgt luidt: "Het is noodzakelijk strikt de
:e-
hand te houden aan de datum van 1 november. Na die
ir
datum ontvangen aanvragen zullen dan ook niet meer
),11
in behandeling genomen worden." Voor de volledig
heid wil ik mededelen dat deze passage volgt op een
toelichting waarin wordt gesteld dat er slechts
weinig geld beschikbaar is; wat dat betreft sluit
Dat
ik mij aan bij de woorden van de heer Visser. Wij
be-
zouden dus graag van de wethouder vernemen of het
lals
beleidsvoornemen ten aanzien van het ontwerpplan
plaatselijk vormings- en ontwikkelingswerk, zoals