456 18 APRIL 1977 komen: juist in dat proces van evaluatie kan men naar een zekere perfectie streven, hetgeen van een beter uitgangspunt getuigt dan wanneer men verwacht dat het eerste plan meteen perfect zal zijn, ter wijl in de praktijk zal blijken dat dat onmogelijk is. Ik kom tot de beide moties. In de ene motie wordt overwogen "dat de in te stellen projectgroep via een voor alle betrokken groeperingen aanvaard bare en controleerbare procedure moet plaatsvinden", in verband waarmee het college wordt verzocht de sollicitatieprocedure voor de projectgroep door de commissie ad hoe te laten uitwerken. Ik vind dat ik het recht heb nog een keer te zeggen wat mijn bezwa ren tegen die motie zijn. Mijn eerste bezwaar is van principiële aard. Naar mijn mening is het college ervoor verantwoor delijk dat aan de raad een plan met ontwerpprogram ma zal worden voorgelegd. Over dat plan zal de raad een beslissing moeten nemen. Het zo snel mogelijk starten met de projectgroep is een collegezaak. Mijn tweede bezwaar is van pragmatische aard. De heer Hendriksen heeft zojuist gezegd dat we een plan "op gang moeten helpen". Naar ik hoop zal de raad in mei tot de instelling van een commissie ad hoe besluiten en na de inwerktijd, die op onge veer een maand mag worden gesteld, zal de periode vóór de vakanties al ongeveer achter de rug zijn. Volgens de moties zal dan "contact met alle betrok ken groeperingen" moeten worden gezocht, waarna een gedegen sollicitatieprocedure zal moeten worden uit gewerkt, om te voorkomen dat we dezelfde "kermis" krijgen als bij de instelling van de commissie voor de Beyerd, toen zelfs de leden van het selectieteam zonder enige voorkennis hun voordracht terugtrokken of althans niet ondersteunden. Vervolgens zal de sollicitatieprocedure voor een ieder aanvaardbaar moeten zijn en tenslotte krijgen we nog te maken met de wervings- en selectieprocedure. Al met al zal ik blij zijn als we op deze manier ergens in de buurt van 1978 of 1979 uiteindelijk tot een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 456