481
12 MEI 1977
Wethouder DE RAAFF: Ik wil graag in mijn be
antwoording reeds nu het door de heer Oomen inge
diende amendement betrekken.
Voordat ik de raad een prettige mededeling
kan doen, zal ik eerst antwoord op de diverse vra
gen moeten geven. Beide sprekers hebben gevraagd
hoe het op het ogenblik met de instemming van de
andere gemeenten gesteld is. Welnu, als de raad
van Breda vanavond de twee voorgestelde besluiten
neemt, is de zaak beklonken en gaat de gewijzigde
regeling in. Vanmiddag is de laatste tussenstand
opgenomen: acht gemeenteraden hebben tot nog toe
het besluit genomen met de gewijzigde regeling ak
koord te gaan, de Bredase raad zou de negende
zijn, waarmee meer dan de helft van de zeventien
gemeenten zich zou hebben uitgesproken. Aangezien
ook Oosterhout en Etten-Leur via hun raden hun
goedkeuring aan de nieuwe regeling hebben gehecht,
zal bovendien, als de gemeenteraad van Breda van
avond "ja" zegt, door de gemeentebesturen van meer
dan de helft van het aantal inwoners van het be
trokken gebied een positieve uitspraak zijn gedaan
Het gevolg zal zijn dat we maandag zullen kunnen
beginnen met de formaliteiten, nodig om de gewij
zigde regeling officieel af te kondigen.
Dit is het interessantste nieuws dat ik van-
avond kan vertellen, en ik meen te mogen zeggen
dat het mij grote vreugde geeft omdat er tot nu
toe te veel t.ijd nodig is geweest. Ons allen is
bekend ook de sprekers van de kant van de raad
hebben daarop gewezen dat het een zeer moeizame
affaire is geweest de andere gemeenten zo ver te
krijgen, maar nu zal het dan inderdaad zo ver zijn
Ik kan dus wat de medewerking aan de gewij
zigde regeling betreft tamelijk concreet zijn. Hoe
het precies zit met bestemmingsplanwijzigingen, is
mij echter niet exact bekend. Mijn bestuursleden
en ik gaan overigens wekelijks op pad om met de
gemeentebesturen te overleggen en geschikte plaat
sen te zoeken. Verleden week ben ik nog met de ge
deputeerde en een vertegenwoordiging van C.R.M.