527 12 MEI 1977 bewoners tot stand moeten komen. 1 We hebben begrepen dat lokatiesubsidie is aangevraagd en dat de uitvoering van het plan met c de verlening van die subsidie staat of valt. Graag zouden we willen weten of er al een principetoe- i zegging binnen is. De heer GOOS: Het verheugt ook onze fractie dat nu het ogenblik is aangebroken waarop het plan Princenhage West II van start kan gaan. Door de onthouding van goedkeuring van gedeputeerde staten op 13 mei 1970 in verband met de aanwezig heid van tuinbouwbedrijven in de nabijheid van de toekomstige woonbebouwing heeft dit plan enige vertraging opgelopen. Het verheugt onze fractie des te meer dat het overleg ten aanzien van de genoemde bezwaren uiteindelijk toch tot een over eenstemming heeft geleid, waarbij aan de bezwaren van de hoofdingenieur-directeur van rijkswater staat niet alleen kon maar ook moest worden vol daan mede in verband met de bescherming van de woonbebouwing tegen onyewenste geluidsoverlast van de aangrenzende rijkswegen. In het overleg over de te realiseren woonbe bouwing hebben de woningbouwverenigingen een groot aandeel gehad. Door die verenigingen zal dan ook in samenwerking met "Stok" een vijfhonderdtal wo ningen worden gerealiseerd. Deze bebouwing is we derom een stap op weg naar de opheffing van ons kwalitatief woningtekort. Men zal inmiddels wel hebben begrepen dat on ze fractie geen enkele moeite heeft met de goed keuring van uw voorstel voor de bebouwing van Princenhage West II. De heer TEN WOLDE: Ik meen dat het meerder heidsstandpunt ten aanzien van de ontwikkeling van Princenhage West II positief is. Ook wij vin den het jammer dat vertragingsverschijnselen met betrekking tot verscheidene deelaspecten van het plan aanleiding tot langer uitstel van de tot standkoming van het plan als geheel hebben gegeven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 526