537 12 MEI 1977 Over de totstandkoming van het onderhavige gemeenschapshuis is vanwege de dienst jeugd en sport overleg gepleegd met de Stichting Gemeen schapshuis Tuinzigt. In hoeverre dat tot contacten met de bewonerscommissie heeft geleid, is mij niet bekend. Wèl zijn de grootte en de inrichting afge stemd op een inventarisatie en men zal de wijk in hebben moeten gaan om überhaupt te weten voor wie men wat moet bouwen. In de toekomst maar dat behoort tot het beleid van het stichtingsbestuur zal waarschijnlijk evenals bij andere gemeen schapshuizen een gebruikerscommissie tot stand ko men waarin de meest frequente gebruikers vertegen woordigd zijn en dat dan het contactorgaan is dat door de heer Martens als een bewonerscommissie werd omschreven. Het heien is inderdaad achter de rug en ik wens de Stichting dan ook bijzonder veel succes met het heien! Hiermee wil ik zeggen dat de gang van zaken volledig voor verantwoordelijkheid van het stichtingsbestuur is. Overigens gaat het hier volstrekt niet om een artikel 19-proceduremaar dat was ook de heer Martens wel bekend. Tot slot wil ik zeggen dat ook het college blij is dat dit gemeenschapshuis nu kan worden ge bouwd. Hiermee is één van de eerste prioriteiten van mijn voorganger ingevuld. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 22. bijlage nr. 184. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VOORZIENING, ALS GEVOLG VAN HET OVERLIJDEN VAN DE HEER A.B. KRAMER, IN ENKELE COMMISSIES EN DERGELIJKE ONTSTANE VACATURES. (M) De VOORZITTER: De voorstellen die naar aan leiding van bijlage nr. 184 zijn gedaan krijgen nog een klein verlengstuk, omdat de voorgestelde benoemingen consequenties hebben voor de leden die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 536