23 JUNI 1977 589 ik een kwestie van 1973, waarover ons is medege deeld dat op een bepaalde dag een grote kavel in het Ruitersbosis verkocht die via twee of drie per sonen op één dag 350.000,winst opbracht. Wan neer ons een dergelijke mededeling van derden be reikt, vinden we dat we extra waakzaam moeten zijn wanneer er dingen in het Ruitersbosworden geregeld. De VOORZITTER: Het dringt niet tot mij door wat dat nu met dit agendapunt te maken heeft. Ik geloof dat het voorbeeld ook niet juist is. Het gaat nu om de ter tafel liggende grondverkoop en het ligt alleszins in de rede ons daartoe te be perken. Voorbeelden zoals de heer Crul nu noemt zijn oncontroleerbaar en betreffen dingen die op het ogenblik niet aan de orde zijn. Waarom beper ken we ons niet tot deze verkoop? De heer CRUL: Ik meen dat de heer Van Assel- donk wilde interrumperen. De heer VAN ASSELDONK: De opmerking die ik wilde maken ligt in dezelfde lijn. De heer Crul spreekt over grond die van de ene particulier naar de andere particulier gaat, maar het gaat hier om grond die in het kader van de vastgelegde bestem ming "sportdoeleinden" wordt verkocht. De heer Crul weet net zo goed als iedereen hier dat daar niet mee kan worden "gesjacherd" en ik meen dan ook dat hij wat dat betreft helemaal afdwaalt. De VOORZITTER: Mag ik de heer Crul vragen het uiterste te geven om zich tot dit agendapunt te beperken? Ik geloof dat het de moeite waard is dat ook te doen. Allerlei andere zaken doen mijns in ziens de behandeling geen goed. De heer CRUL: Wij vinden juist van wel, maar ik kon niet uitspreken; anders zou duidelijk zijn geworden waarom ik die relatie leg. Natuurlijk sluit het bestemmingsplan, zoals de heer Van Assel- donk heeft gezegd, op dit ogenblik doorverkoop uit. Een bestemmingsplan geldt echter niet voor eeuwig

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 589