632
23 JUNI 1977
waarvan wij beter gefundeerd een beslissing zouden
kunnen nemen.
De wethouder heeft in zijn uitvoerige betoog
ook naar voren gebracht dat er door Globe een be
leidsnota is geproduceerd. Dat is wel waar, maar
toch enigszins misleidend. Vanuit de subsidiënten-
commissie is Globe uitdrukkelijk verzocht een be
leidsvisie te produceren voordat men uiteindelijk
om subsidie zou gaan vragen. Er is een voorlopige
beleidsnotitie gemaakt
Wethouder SANDBERG: Dat is niet correct. Ik
heb er daarstraks op gewezen dat de subsidiënten
nadrukkelijk tegen Globe hebben gezegd: "Luister,
als wij naar onze raden toegaan met een verlen
ging svoorstel voor drie jaar, dan zullen wij toch
minstens over een beleidsnota moeten kunnen be
schikken, anders doen die raden dat niet". Het is
dus niet zo dat er een subsidievoorstel aan de or
de was; dat is in het voorjaar gezegd en die be
leidsnota ligt op tafel.
De heer HENDRIKSEN: Akkoord, maar het hangt
ervan af hoe je de werking van die beleidsnota in
schat. Ik heb de beleidsnota hier voor mij liggen,
maar ik heb haar nog niet kunnen opzoeken. De in
tentie van die beleidsnota is uitdrukkelijk geweest
dat de subsidiëntencommissie op basis daarvan tot
een oordeelsvorming kon komen. Anders zou het ook
niet logisch zijn dat in de uiteindelijke voorwaar
den, die vanuit de subsidiëntencommissie worden ge
steld, gevraagd wordt opnieuw een beleidsvisie te
formuleren. Dat betekent gewoon dat de aanzetten,
die in de beleidsnotitie van Globe zijn gegeven,
verder uitgebouwd moeten worden. Zij moeten op het
landelijk beleid van dit moment worden afgestemd,
zodat aan de hand van die ontwikkeling duidelijk
wordt wat Globe voor Brabant zou kunnen gaan bete
kenen. Wij zitten dan ook in feite met de vraag of
wij de ontwikkelingen, die landelijk rond het to
neel worden "opgestart", aandurven. Natuurlijk is
dat een verantwoordelijkheid van de Staten; het is