646 23 JUNI 1977 vastlopen van de besprekingen met de beide andere gemeenten niet gelukt. Wij dringen er met enige nadruk bij uw college op aan om, ondanks het feit dat het overleg op dit moment geheel is vastgelo pen, toch maar weer initiatieven te ontplooien teneinde in samenwerking met de randgemeenten tot een meer definitieve oplossing te komen. Het be sluit tot het treffen van voorzieningen, waarbij de recreant als het ware wordt uitgenodigd, is moeilijk te rijmen met de bepaling dat het terrein waar deze voorzieningen worden aangebracht offi cieel verboden gebied is. Uw college heeft zijn beslissing echter uit een oogpunt van realiteit genomen en dat kunnen wij als fractie billijken. Tot slot wil ik nog even ingaan op de motie van de P.v.d.A./P.P.R. Onze fractie heeft met die motie geen enkele moeite. Persoonlijk ben ik blij dat deze motie in de raad wordt gebracht. Enkele keren heb ik in de commissie voor jeugd en sport het college verzocht zijn standpunt ten aanzien van het naakt recreëren te bepalen. De standpunt bepaling van college en raad is op dit moment een goede zaak en kan ik de komende maanden wellicht onnodige problemen voorkomen. De heer LAMBREGTS: Het onderhavige voorstel, betrekking hebbend op een aantal maatregelen rond de Galderse Meren, vinden wij een erg goed voor stel. Waarom? Omdat dit voorstel getuigt van rea liteitszin én van verantwoordelijkheidsgevoel. Ogenschijnlijk zijn dat in dit verband tegenstel lingen, want u constateert ter plaatse een gevaar lijke situatie voor de mensen die willen gaan zwemmen. Aan de andere kant neemt u een aantal maatregelen welke regulerend moeten werken. Ik wil dan ook eventjes uitgaan van de werkelijkheid zo als die od dit moment ligt ten aanzien van de pro blematiek van de Galderse Meren. In de eerste plaats moeten wij constateren dat deze plaats op tienduizenden mensen grote aantrekkingskracht uit oefent. In de tweede plaats is het een zandwingebied

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 646