708
23 JUNI 1977
opgeld doet. De verschillende feiten worden niet
logisch naast elkaar gezet, maar er wordt steeds
weer gezocht naar nieuwe motieven om de Werkgroep
Richting de subsidie te ontzeggen. Ik vind dat grie
zelig voor de besluitvorming in deze raad, want dan
is die in feite alleen maar gebaseerd op een poli
tieke beslissing; de raad moet nu maar duidelijk
aangeven of daarvan inderdaad sprake is. Wij staan
positief tegenover subsidiëring van de Werkgroep
Richting, dus negatief tegenover het voorstel van
het college. Om dit duidelijk te maken en daarvoor
tevens de steun van de rest van de raad te vragen
dienen wij een amendement in dat tot doel heeft het
voorstel met de negatieve strekking positief te ma
ken.
Het door de heer Hendriksen c.s. ingediende
amendement luidt als volgt:
"De raad van Breda,
bijeen in vergadering op 23 juni 1977,
gezien het voorstel van B. en W. d.d. 4 mei '77,
bijlage nr. 240,
besluit:
positief te beschikken op het verzoek van
Werkgroep Richting d.d. 26 april 1976 om aan
deze stichting voor 1976 een subsidie van
4.500,toe te kennen als aandeel in de
apparaats- en huisvestingskosten van de kosmo-
politiek vormingswerker.
Voldoende ondersteund zijnde maakt dit amende
ment mede onderwerp van beraadslaging uit.
Wethouder SANDBERG: Er zijn langzamerhand zo
veel discussies over deze materie gevoerd, ook naar
aanleiding van vorige preadviezen, dat ik met gemak
voldoende stof zou kunnen vinden om anderhalf uur
over dit onderwerp te praten. Nochtans zal ik dat
niet doen, niet alleen omdat ik nauwelijks kan ver
onderstellen dat dat op prijs zou worden gesteld,