23 JUNI 1977
711
van de punten is geweest die in het begin voort
durend naar voren kwamen.
Er is een eerlijk evaluatierapport uitgebracht,
dat echter wel vernietigend voor de opzet is. Als
college hebben wij ons daarom opnieuw de vraag ge
steld of er wel zo'n sterke behoefte aan begeleiding
bestaat en of de coördinatie en de cosmopolitiek
vormingswerker wel zo noodzakelijk zijn. Ons ant
woord daarop luidde negatief en wij kwalificeerden
het werk eigenlijk als het opwekken van een kunst
matige behoefte. Ais je maar lang genoeg volhoudt
kan een dergelijke behoefte op de duur natuurlijk
wel worden gecreëerd, terwijl er eveneens een scala
van contacten kan ontstaan. Een full-timer moet
toch minstens in staat worden geacht met elke actie
groep in Breda minstens twee- of driemaal per jaar
contact te hebben. Een en ander leidde tot ons vo
rige preadvies. De heer Hendriksen heeft het college
verweten dat het nu inhoudelijk gezien anders rea
geert, maar ik wil hem wijzen op het gestelde onder
aan bladzijde 3, waar nadrukkelijk staat: "Uit deze
nadere contacten, alsmede bestudering van de recen
te gegevens is ons gebleken dat wij onze mening,
dat de eertijds geconstateerde sterke behoefte aan
coördinatie en begeleiding niet wordt waargemaakt,
onverkort dienen te handhaven." Wat dat betreft is
er geen enkel verschil met het vorige preadvies.
Dat vorige preadvies leidde echter niet tot besluit
vorming, want er werd gezegd dat er nieuwe informa
tie zou zijn, die van beslissende betekenis voor het
preadvies zou kunnen zijn. Na herhaalde pogingen
van onze kant is het me gelukt in de hele periode
één keer een vertegenwoordiger van de N.C.O. te
spreken te krijgen in het bijzijn van één bestuurs
lid. Andere pogingen tot het leggen van een contact
zijn op niets uitgelopen en van de zijde van het
bestuur is nimmer een poging gedaan om een gesprek
met mij aan te gaan.
Er zijn nog andere punten veranderd. De huis
vesting is inmiddels veranderd en de huisvesting
in de wereldwinkel houdt onzes inziens duidelijk
