23 JUNI 1977
715
behoefte is gepleegd is naar voren gehaald. Ik wil
daaraan nog toevoegen dat vandaag de dag niet alleen
de behoefte meer een graadmeter is, maar dat met na
me binnen het landelijk beleid op het gebied van
permanente educatie ik denk dan vooral aan de
open school het criterium van de latente behoefte
wordt gehanteerd. Op grond van dat criterium worden
op het ogenblik activiteiten georganiseerd voor men
sen die aan vorming en scholing behoefte hebben.
Aan de hand van de evaluaties welke wethouder
Sandberg heeft voorgelezen wil ik hem nog even ver
duidelijken hoe eerlijk de argumenten zijn geweest.
Hij heeft een aantal negatieve kritieken van de
Werkgroep Richting op haar eigen werk voorgelezen,
waarbij hij een aantal andere kritieken oversloeg;
uiteraard is dat altijd een vrij selectief gebeuren.
De wethouder las evenwel iets voor uit de eerste
evaluatie van de Werkgroep Richting. Dat was een
evaluatie na een halfjaar, waarbij steeds duidelijk
is vooropgesteld dat de medewerker nog maar net aan
het werk was gegaan en dat er bovendien nog een va
kantieperiode in had gezeten
De heer VAN ASSELDONK: Juist dat evaluatierap
port is door de N.C.O. positief beoordeeld.
De heer HENDRIKSEN: Uiteraard, omdat de N.C.O.
wél heeft onderkend dat het cosmopolitiek veldwerk
een startperiode nodig heeft, dat dit een experiment
is, waarbij men niet na een halfjaar kan zeggen dat
men al aan de criteria voldoet die van gemeentewege
zijn gesteld.
Er is echter nog een tweede rapport uitgebracht,
dit naar aanleiding van het feit dat het preadvies
in het najaar tot vandaag werd verdaagd. In dat
tweede rapport, dat op een veel langere periode van
werken is gebaseerd, komen heel andere evaluaties
naar voren, die ik zal noemen. Wat betreft de werk-
groep-Amnesty International wordt gesteld dat er
een vorm van begeleiding van de grond is gekomen
en ten aanzien van de vredeswerkgroep wordt