748
18 AUGUSTUS 1977
tot het ongeval, dat op 3 mei j.l. op de zuidelij
ke rondweg nabij de tunneltraverse plaatsvond, de
len wij U in volgorde van de gestelde vragen het
volgende medest
1. Deze vraag kunnen wij bevestigend beantwoorden.
2. In onze brief van 19 april j.l. aan de minister nc
van verkeer en waterstaat, waarvan U kennis v€
heeft kunnen nemen, hebben wij de vrees tot P*
uitdrukking gebracht voor het ontstaan van ca- t:i
lamiteiten, zoals dat op 3 mei j.l. gebeurd is.
Wij achten het thans niet opportuun om nogmaals
zo'n brief aan de minister te schrijven. mc
3./Aangezien de bevoegdheden van de Bredase poli- P€
4. tie zich uitstrekken tot alle wegen in Breda
inclusief provinciale- en rijkswegen heeft de P1
gemeente-politie bij het bewuste ongeval het me
verkeer in beide richtingen over de zuidelijke
rondweg ongeleid via de Graaf Hendrik III laan,
de Boeimeersingel, de Wilhelminasingel en de gc
Claudius Prinsenlaan v.v. h€
Voor deze omleiding zijn gemiddeld per uur tien de
personeelsleden inclusief kader in touw geweest. j
Toevallig passerende ambtenaren van de rijks- ir
politie alsmede ambtenaren van politie uit Oos- re
terhout hebben assistentie verleend voor het de
beveiligen van files en de regeling van het he
verkeer bij de op- en afritten van de rijksweg. re
Het politiekorps van Breda heeft voldoende man- i<
kracht en materieel om aan de gevolgen als bij ni
het onderhavige ongeval het hoofd te kunnen rc
bieden zonder assistentie van de rijkspolitie. of
5. De wegbeheerder i.e. rijkswaterstaat, die ver- p]
antwoordelijk is voor het inroepen van de assi- b]
stentie van hulpdiensten, heeft in dit geval d
hulp gevraagd van de firma's Bogers en Holleman. kv
In de periodieke bijeenkomsten van vertegen- ve
woordigers van rijkswaterstaat, openbare werken kc
en politie heeft dit ongeval bijzondere aan
dacht gehad om kortsluitingen, zo die er ge
weest zijn, in de toekomst uit te sluiten. De ^>1
samenwerking tussen genoemde instanties is