762
18 AUGUSTUS 1977
voorzover die verkoop of verstrekking plaatsvindt
buiten besloten ruimten. Naar onze mening dient
van deze bevoegdheid geen gebruik meer te worden
gemaakt. Het kan niet de bedoeling van de wetgever
zijn geweest dat de gemeenten tot in lengte van
dagen van d,eze overgangsbepaling gebruik zouden
blijven maken. Een bepaling als artikel 51b is, nu
de verkoop van anticonceptiva niet meer als aan
stootgevend wordt gezien, onnodig bevoogdend; dit
kan een belemmering vormen voor een voldoende ver
krijgbaarstelling van deze middelen. Wij vinden
dat de gemeentelijke wetgever het voorbeeld van de
landelijke wetgever moet volgen en stellen de raad
daarom voor niet tot opneming van artikel 51b te
besluiten. Een amendement van deze strekking, dat
mede is ondertekend door de heren Dees, Crul en
Kaarsemaker, dien ik hierbij in.
Het door de heer Taks c.s. ingediende amende
ment luidt als volgt:
"De leden van de raad der gemeente Breda,
de heren Taks, Dees, Crul en Kaarsemaker,
stellen de raad voor te besluiten als volgt:
De raad der gemeente Breda,
gelezen het voorstel van burgemeester en
wethouders tot wijziging van onder meer
hoofdstuk IV in de Algemene Politieverorde
ning met betrekking tot de openbare zedelijk
heid
gelet op artikel 25 van het Reglement van
orde voor de vergaderingen van de gemeente
raad van Breda,
besluit:
de tweede volzin van artikel 1 van het bij
het voorstel behorende conceptbesluit na het
woord "bijlage" aan te vullen met de volgen
de woorden:
"met dien verstande dat artikel 51b niet
wordt opgenomen en de artikelen 51c en 51d
