18 AUGUSTUS 1977
765
over de artikelen 45 en 46 van het nieuwe hoofd
stuk IV. In de eerste zin wordt gesproken over het
bij herhaling en/of met winstoogmerk aan anderen
gelegenheid gegeven onderling ontuchtige handelin
gen te plegen. Het is onze vraag waarom daar
staat "en/of", want dit kan betekenen dat dat zon
der winstoogmerk eveneens strafbaar is, wat door
onze fracties niet wordt gewenst. Ditzelfde geldt
uiteraard voor artikel 46, waar het over vaartui
gen gaat.
Ten aanzien van artikel 47 betreffende de
sauna's zijn in onze fracties verschillende me
ningen naar voren gekomen. Aangezien de bonafide
sauna's lid zijn van de Nederlandse Saunavereni
ging zijn verschillende leden van de fracties van
mening dat er al voldoende toezicht wordt uitge
oefend op het goede gebruik en de inrichting van
de sauna's. Krachtens artikel 78 van de Algemene
Politie Verordening bestaan er bovendien al enke
le bepalingen ten aanzien van de brandpreventie.
Wij zijn dan ook van mening dat er eigenlijk geen
misbruik kan voorkomen. Overigens zijn de mensen
die daar komen volwassen genoeg om daarover zelf
een opvatting te kunnen hebben. Enkele andere le
den menen toch dat het zinnig is een vergunningen
stelsel in te voeren, met name om te voorkomen
dat de overheid het zicht verliest op het onder
scheid tussen malafide en bonafide sauna's. Wij
hebben met betrekking daartoe inlichtingen inge
wonnen op een plaats waar men al meer met dat
bijltje heeft gehakt, uiteraard in Amsterdam, en
wij hebben ons laten overtuigen door verschillen
de argumenten welke door onze bevriende raads
fracties aldaar naar voren zijn gebracht.
Artikel 48 van het nieuwe hoofdstuk IV, waar
in het gaat om de uitnodiging tot ontucht, vinden
wij overtrokken. Ingevolge de artikelen 13, 16 en
31 van de Algemene Politie Verordening, welke be
trekking hebben op de openbare orde, het geven
van vertoningen etcetera, zijn er voor de politie
voldoende mogelijkheden om in te grijpen als er