15 SEPTEMBER 1977
935
mijns inziens een mogelijkheid. Wanneer het stads
vernieuwingsbeleid is vastgesteld, zullen daartoe
naar ik verwacht ook motiveringen ten aanzien van
het stadsbeeld en het landschapsbeeld behoren. Als
dan zal de toetsing aan deze norm binnen het stads
vernieuwingsbeleid vallen, zodat het thans toevoe
gen van een extra weigeringsgrondslag gedeeltelijk
overbodig kan worden genoemd.
De heer VAN DUIJL: Het voorstel van mevrouw
Muntjewerff loopt enerzijds op het stadsvernieu
wingsbeleid vooruit, terwijl het voorts een dou
blure zou kunnen opleveren. Als het stadsvernieu
wingsbeleid in het structuurplan concrete vorm zal
hebben gekregen, zullen de te verlenen vergunnin
gen tot slopen aan dat stadsvernieuwingsbeleid
worden getoetst. Uit dien hoofde is het amendement
naar mijn mening volkomen overbodig.
Wethouder VAN DUN: De opstelling van het col
lege in eerste termijn is duidelijk geweest. Ik
zou nog in alle redelijkheid een beroep op mevrouw
Muntjewerff willen doen: de problematiek die zij
aansnijdt is wel relevant, maar niet op dit ogen
blik. In haar opstelling heeft zij overigens het
aan de orde zijnde onderwerp met een nog te behan
delen agendapunt "vermengd", waarbij ik, vooruit
lopend op de orde van deze vergadering, zou willen
aantekenen dat zij dat agendapunt fout benadert.
Wij gaan in de Spoorbuurt niet aan stadsvernieu
wing doen, doch wij gaan in die buurt een proces
voorbereiden dat kan leiden tot bepaalde situaties
waarmee de raad nader zal worden geconfronteerd.
Als men op dit ogenblik al veronderstelt dat er
wellicht een beroep zal moeten worden gedaan op
een eventuele weigeringsgrondslag in artikel 305 c
sub e, dan zeg ik dat we een kléin beetje ordente
lijk moeten besturen en dat we moeten wachten tot
het stadsvernieuwingsbeleid op basis van raadsbe
sluiten, neergelegd in een structuurplan, concrete
vorm heeft gekregen.