15 SEPTEMBER 1977 945 jaar lang op het plan voor de onrendabele investe ringen is voorgekomen en dat het in de periode 1970-1974 de heer America was die namens de Hoge Vucht zei dat de tunnel er hoe dan ook zou moeten komen. Nu is de tunnel dan op komst, we proberen een voorbereidingskrediet beschikbaar te krijgen om de materie bespreekbaar te maken, en dan komt deze motiewaarin over een bepaald aspect nog eens een keer een uitspraak wordt gedaan, alsof één politieke fractie het prerogatief van de in spraak heeft. Dit is niet waar: ook het college heeft bij tijd en wijle de neiging om aan inspraak te doen, Ik heb toegezegd dat het projectteam in de gang van zaken zal worden gekend, hetgeen inhoudt dat de bewoners via het projectteam bij het geheel betrokken zullen zijn. We kunnen niet met alle 17.000 bewoners gaan praten: we praten met het projectteam. Dit brengt mij op een punt dat de heer Van Asseldonk goed en de heer Paquay fout on der woorden heeft gebracht. De winkeliers van het Edisonplein hebben geen bezwaar tegen het plan ge maakt, maar zij hebben een brief aan het college geschreven die vandaag op mijn bureau is gekomen en waarin om een onderhoud over de problematiek wordt gevraagd. Juist in deze openbare vergadering moeten we de dingen juist voorstellen. Er is geen bezwaar gemaakt, men heeft gevraagd mee te mogen praten. Terecht heeft de heer Van Asseldonk erop gewezen dat de eerste afspraak voor dat meepraten al is gemaakt en dat de inspraakprocedure rondom de tunnel, als de raad het voorbereidingskrediet heeft verleend, de volgende week begint. Dit houdt in dat op dit ogenblik niet van de raad wordt gevraagd de principe-uitspraak te doen dat de middenberm zou moeten worden doorgetrokken. Het enige wat wij vragen is een bedrag om de ver- keersoplossing ter plaatse te kunnen voorbereiden, met inspraak van al degenen die erbij betrokken zijn. Wanneer de heer Peeters over het verkeersge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 945