15 SEPTEMBER 1977 947 spreken. De heer VAN ASSELDONK: We zullen de problemen van het bezwaarschrift proberen op te lossen. Er is inderdaad vanavond een brief afgegeven die enigszins op een bezwaarschrift zou lijken. De brief moet bij de voorzitter zijn en er is gevraagd of hij zou kunnen worden verspreid, hetgeen niet is gebeurd. Overigens denk ik dat de winkeliers, die op de tribune aanwezig zijn, er tevreden mee zullen zijn dat er volgens de wethouder omtrent het doortrekken van de beplanting op de Kadijk nog niets zeker is, terwijl men over alle plannen zal mogen meedenken. Wij van onze kant zullen trachten ons er sterk voor te maken dat de te treffen ver keersmaatregelen de winkeliers geen procent aan omzet zullen gaan kosten. Tot slot zou ik de pro gressieven willen verzoeken hun motie in te trek ken en ook eens vertrouwen te tonen. De heer VAN DUIJL: In aansluiting op de laat ste opmerking van de heer Van Asseldonk zou ik de federatie van fracties P.v.d.A./P.R.R. willen ver gelijken met een kind dat dreigt te worden gesla gen. Men begint immers al te schreeuwen voordat men wordt geslagen. Vanavond valt mij op dat men naar mijn idee een oneigenlijk gebruik van moties maakt. Het indienen van een motie moet een zeer zwaar wegende reden hebben, maar vanavond is tot nu toe gebleken t— dit is de tweede motie dat er voor het indienen van moties geen zwaar wegende redenen aanwezig zijn, vooral niet gelet op de toezeggingen van het college. Ik vind dan ook dat men zich ten aanzien van het indienen van moties wel enige beperkingen zou mogen opleggen. De heer OOMEN; Ik zit niet in de commissies openbare werken en ruimtelijke ordening en ik krijg als gewoon raadslid een voorstel op mijn tafel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de uitwerking van plannen voor de bouw van een voet gangers- en fietsentunnelIk concludeer daaruit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 947