960
15 SEPTEMBER 1977
is. Op basis van de evaluatie willen wij eerst met
de raadscommissie en daarna met de raad bespreken
of er dan een wijziging van het verkeerspatroon
nodig is.
De heer Houben heeft voorts gevraagd of het
niet mogelijk is alsnog te bekijken of er speel-
elementen kunnen worden aangebracht. Op dit moment
beschikken we wat dat betreft niet over de moge
lijkheden, wat naar ik meen op 10 maart en tijdens
latere bijeenkomsten met de bewonerscommissie is
meegedeeld. Ik durf niet toe te zeggen dat wij dit
nog eens opnieuw zullen bekijken, want dat wekt
verwachtingen die wij vermoedelijk niet waar kun
nen maken.
Samengevat kan ik zeggen dat wij dus pleiten
voor een verkeerssituatie met tweerichtingverkeer
zoals in het preadvies is voorgesteld. Wij zeggen
toe dat wij na zes maanden evalueren, maar wij
zeggen niet toe dat wij in ieder geval zes maanden
eenrichtingverkeer zullen gaan toepassen. Op basis
van de evaluatie zal worden bezien of tot handha
ving of tot verandering van de situatie moet wor
den overgegaan; de situatie wordt dus niet op voor
hand veranderd.
De heer HOUBEN: Ik wil nog even teruggrijpen
naar het begin van mijn betoog. Ik zei toen dat
de terugkoppeling nog niet volledig had plaatsge
vonden toen de commissievergadering werd gehouden,
maar dat die pas gisteravond plaatsvond, waarbij
zowel de bewoners als de winkeliers aanwezig wa
ren. Naar ons gevoel kon daarom pas gisteravond
een duidelijk standpunt worden ingenomen. Mijns
inziens dient daarom het advies van de ambtelijke
diensten te worden aangevuld met minstens de re
sultaten van de vergadering van gisteravond. In
die vergadering is gebleken dat de argumenten, óók
van de ambtelijke diensten, weliswaar aanspraken
ik heb dat in mijn betoog in eerste instantie
ook gezegd maar dat er ook argumenten zijn ge
noemd die pleiten voor eenrichtingverkeer.