988
15 SEPTEMBER 1977
dat van mij wel willen geloven.
Ik wil er nog wel aan toevoegen dat dit arti
kel niet nieuw is, maar ook al in het oude regle
ment stond, zodat er helemaal niets is veranderd.
Ook de marktbonden staan geheel achter dit artikel
op grond van de motivering die de heer Van Assel-
donk al heeft aangegeven en waarover ik ook niets
behoef te zeggen. De unificatiecommissie die zich
bezighoudt met alle marktreglementen in Nederland
heeft dit ontwerp-reglement en dit artikel ook in
de bepalingen opgenomen. Ongetwijfeld kent u het
bekende Bredase arrest van 1950, waarin de vrij
heid van meningsuiting met betrekking tot dit ar
tikel aan de orde is geweest en waarbij de Hoge
Raad heeft beslist dat er geen sprake is van be
perking daarvan.
De heer KAARSEMAKER: De heer Taks heeft een
heel uitgebreid college gegeven, waarbij hij zelfs
nog de rechten van de mens haalde. Aan het eind
van zijn betoog sprak de heer Taks een heel be
langrijk zinnetje uit. Hij zei toen namelijk dat
de raad zonder met de Grondwet en met het Verdrag
inzake de rechten van de mens in conflict te komen
artikel 18 lid 1 kan vaststellen. Met enige nadruk
gebruikte hij het woord "kan" en derhalve is dat
niet per se noodzakelijk.
In eerste instantie sprak ik over de motiva
tie van het college om artikel 18 lid 1 op te ne
men. Naar het gevoel is die motivatie voor een be
langrijk deel terug te voeren tot het handhaven
van de openbare orde.
Wethouder VAN GRAAFEILAND: Nergens staan de
woorden "openbare orde", maar wel is het woord
"orde" gebruikt. Dat is iets anders.
De heer KAARSEMAKER: Daar heeft de wethouder
gelijk in. Als echter de orde op de markt niet
wordt gehandhaafd, neem ik aan dat dit ook iets
met de openbare orde te maken heeft, maar ik ge
loof dat het in dezen weinig zin heeft elkaar met