15 SEPTEMBER 1977
989
woordenspelletjes om de oren te slaan. Ik ben niet
overtuigd, noch door het antwoord van de wethouder
noch door het college van de heer Taks waar de
wethouder naar heeft verwezen en ik geloof dan ook
niet dat het per se noodzakelijk is dat artikel 18
lid 1 in het reglement wordt opgenomen.
De heer Van Asseldonk begreep ik niet goed.
Kennelijk heeft hij uit mijn woorden opgemaakt dat
ik de marktkooplieden ertoe wil verplichten poli
tieke propaganda te voeren. Ik heb er helemaal geen
bezwaar tegen als zij dat doen; ik ken diverse
middenstanders die eveneens politiek bedrijven op
de plaats waar zij hun nering doen. Ik wil echter
de marktkooplieden daar zeker niet toe verplichten,
maar ik vind dat het wel mogelijk moet zijn op de
markt politieke propaganda te voeren, evenals dat
ook in winkelstraten is toegestaan; daar mogen wel
folders en dergelijke worden uitgedeeld. Ik zie
niet in waarom dat nu juist op de markt zou moeten
worden verboden en mijns inziens zijn daarvoor ook
geen harde argumenten aangedragen. Ik wil mijn
amendement dan ook handhaven.
De heer VAN ASSELDONK: Ik hoop dat de heer
Kaarsemaker mij in tweede termijn wél zal willen
begrijpen. Uiteraard moet je als middenstanders
naast je andere producten nooit politiek verkopen,
want dan raak je beide kwijt; ik kan u dat uit
hoofde van mijn beroep mededelen. Ik zal de mid
denstander die dat doet dan ook graag door de heer
Kaarsemaker aangewezen willen zien. Ik heb zojuist
niet gesproken over de mogelijkheid om de markt-
koöplui te laten verkopen. Het is evenwel in het
belang van de kooplui en van het gehele marktge-
beuren dat er geen kraam komt die het gebeuren
verstoort, namelijk een kraam waar politiek wordt
verkocht,
De heer KAARSEMAKER: Dat heb ik ook niet ge
pleit. Volgens het artikel is het echter verboden
op de markt bepaalde folders uit te delen; over
een kraam sprak ik niet.
