106 12 JANUARI 1978 tot stand moet komen, terwijl juist de fracties van P.v.d.A. en P.P.R. altijd hebben gepleit voor het ontlasten van de zuidelijke rondweg. Juist de doortrekking is de verbinding Utrecht-Gorinchem- Roosendaal, neerkomend op 30% van de zuidelijke rondweg. Ik kan dan ook op voorhand het amendement van mevrouw Muntjewerff op dit punt niet steunen. Juist op grond van de ontlasting van de zui delijke rondweg moeten we mijns inziens onze ver heugenis uitspreken over een aansluiting op de Maasroute. Het ter tafel liggende voorstel gaat wat verder dan het besluit dat enkele weken gele den in de stadsgewestraad is genomen. Ik ben zelf helaas niet bij de commissievergadering geweest, maar vastgesteld kan worden dat in het voorgestel de besluit definitieve voorkeur voor model 1 wordt uitgesproken, met als argumentatie dat dat model tot een sterkere ontlasting van de zuidelijke rondweg zou leiden dan model 2ten noorden van Zevenbergen. Ik vind deze argumentatie relatief nogal zwak en ik geloof niet dat we op grond hier van al voorkeur voor model 1 zouden moeten uitspre ken. Weliswaar zal er een accent op de snellere verbinding met Roosendaal liggen, maar definitief uitsluitsel is nog niet te geven. Wellicht blij ken er te zijner tijd in de nader te formuleren provinciale studie ten aanzien van de voor- en na delen van model 1 en model 2 nog argumenten te vinden te zijn op grond waarvan model 2 de voor keur zou verdienen. Het hogere percentage ontlas ting van de zuidelijke rondweg beschouw ik als een secundair argument. Ik had de gedachtengang van onze fractie in de commissie graag uiteengezet, maar ik was helaas afwezig en de heer Van Asseldonk had het druk met de bakactiviteiten voor Sint Nicolaas. Wij zouden aan het woord "voorkeur" in punt 1 van het concept besluit graag het bijvoeglijk naamwoord "voorlopi ge" willen toevoegen, opdat de raad zich straks alsnog over de definitieve planvorming kan uit spreken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 106