1164 14 SEPTEMBER 1978 laatste verdeling enige moeilijkheden over ont stonden. De heer Crul heeft betoogd dat wij niet colle giaal zouden zijn geweest en dat de P.v.d.A. een zware wissel op de samenwerking heeft moeten trek ken. Ik ben van mening dat de primaire inzet in het D.B.-lidmaatschap nogal zwaar geschut is. Zwaar geschut kun je alleen maar opzij zetten met een zware wissel. Ik meen dat er nu een akkoord is be reikt en ik kan zeggen dat wij de kandidatuur van de heer De Brouwer in plaats van de heer Kammeraat voor het reservelidmaatschap steunen. De heer CRUL: Ik moet nog even reageren, om dat er iets is blijven liggen, namelijk dat we het in de onderhandelingen van het begin af aan eens waren over de coördinatie van stadsgewestelijke aangelegenheden in het college. Daarover heeft in feite nooit misverstand bestaan en ik meen dat dat vanavond duidelijker moet worden. Ik heb geen ver wijten geuit, in welke richting dan ook, dus ook niet aan het adres van de V.V.D.over het niet willen "inleveren". Wij hebben onze bijdrage daar in geleverd. De Beyerd en de bibliotheek waren voor ons belangrijke punten die we in de onderhandelin gen hebben ingebracht. Het gaat mij erom dat ik in het begin van de besprekingen heb begrepen dat de V.V.D. in zekere zin een onafhankelijke positie innam, terwijl ik naarmate de onderhandelingen voortschreden de in druk had maar daar kan ik best fout in zijn dat de V.V.D. toch weer in zekere zin onder de vleugels van het C.D.A. kroop. Dat is een belang rijk punt met het oog op de toekomst. Als bij ver gelijkbare dingen De heer TEN WOLDE: Ik begrijp deze opmerking helemaal niet. Van het begin af aan hebben wij staande gehouden dat we de D.B.-zetel voor de P.v.d.A. zouden verdedigen. Als de heer Crul nu deze opmerking achteraf maakt, beschouw ik dat als

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1164