18 SEPTEMBER 1978
1200
de daarbij behorende koopavondverordening, de ver
ordening-vrijstelling werkdagen en de verordening
plaatselijke omstandigheden wil ik gaarne het vol
gende opmerken
In de eerste plaats wil ik iets zeggen over
de koopavond. Het zal u bekend zijn dat de V.V.D.
in Breda al jaren heeft gestreefd naar het instel
len van een vaste koopavond in de gemeentemaar
desondanks heeft er jarenlang een doolhof van maat
regelen bestaan met betrekking tot regelingen inza
ke koopavonden. In de regio Breda had welhaast ie
dere gemeente haar vaste koopavond, behalve Breda
zelf. De wegzuiging van koopkracht uit onze stad
naar gemeenten als Prinsenbeek, Etten-Leur en Oos
terhout mag dan ook als een doorn in het oog van
eigenlijk de gehele Bredase burgerij worden gezien
Thans is er eindelijk een regeling op landelijk ni
veau gekomen die het een en ander vastlegt. In bre
de lagen van de bevolking, gehoord de diverse groe
peringen, commissies en comité's, blijkt behoefte
te bestaan aan een dergelijk evenement. Het kopers
publiek is hiermee ook bijzonder gebaat, waarbij
ik bijvoorbeeld denk aan de werkende vrouw, die
nu eindelijk de gelegenheid krijgt in alle rust en
buiten de zaterdagpiek om inkopen te doen, al dan
niet vergezeld van haar echtgenoot of andersoorti
ge levenspartner. Ook onze middenstand, die zich
juist in deze periode voor een economische stagna
tie en voor omzetproblemen ziet gesteld, zal hier
bij zijn gebaat, wat zowel voor de winkeliers als
voor de horecasector geldt. Het is voor ons een
voldoening te kunnen constateren dat, hoewel het
een landelijke regeling betreft, door de voorberei
dende werkzaamheden van de V.V.D.-wethouder Van
Graafeiland en thans onder V.V.D.-wethouder Sand-
berg de koopavond een feit zal worden.
Ik wil vervolgens ingaan op de wet van 23 ju
nihoudende de nieuwe regeling inzake de winkel
sluiting zoals vermeld in Staatsblad 367. In arti
kel 3, paragraaf 2 ad e is vermeld dat een winkel
per week niet langer dan 52 uur voor het publiek