1205 18 SEPTEMBER 1978 wellicht wat gemakkelijker maakt. Op 1 november treedt de nieuwe Winkelsluitings wet volledig in werking. Rond deze wet is tamelijk veel gediscussieerd, waarbij nogal wat misverstan den optraden. Vooral bij de kleine middenstanders en de consumenten was de vrees ontstaan dat onder andere op zaterdagmiddag de winkels zouden moeten sluiten. De wet regelt een aantal dingen en laat de rest over aan de gemeentebesturen en niet aan de wethouder van economische zaken, zoals zojuist de heer Neeb verkondigde. Dit is een zaak die het hele college aangaat en niet alleen de wethouder van economische zaken; die mag alleen het voorstel verdedigen. Een groot verschil tussen de oude en de nieuwe wet is dat de ondernemers er vrij in zijn tussen 5.00 uur 's morgens en 6.00 uur 's avonds hun winkels open te houden, uitgezonderd op de zaterdag, want daarvoor wordt de sluitings tijd vastgesteld op 17.00 uur. Misschien kunnen wij nog eens discussiëren over de mogelijkheid tot het instellen van een ploegensysteem voor het hele winkelbedrijf. In totaal zal een winkel niet meer dan 52 uur per week geopend mogen zijn. Het enige dat wij als raad mogen doen door andere spre kers is dat ook al opgemerkt is regelen op wel ke avond de koopavond moet worden gehouden, dus op welke avond de winkels van 6.00 uur tot 9.00 uur 's avonds geopend mogen zijn. De wet geeft hier voor twee mogelijkheden aan, namelijk de donderdag en de vrijdag; op andere avonden mag geen koop avond worden gehouden. Behalve de wekelijkse koop avonden mogen er maximaal acht extra koopavonden worden gehouden, namelijk vijf voor Sinterklaas en drie voor de Kerstdagen. Zoals ik al zei moeten wij als gemeenteraad vaststellen of wij de koop avond op donderdag of op vrijdag willen doen hou den. In uw preadvies stelt u voor de donderdag avond voor de koopavond te bestemmen, uitgezonderd voor Princenhage en het Mgr. Nolensplein. Voor de ze wijken wordt voorgesteld de vrijdagavond als koopavond te handhaven. In zekere zin is dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1205