1211
18 SEPTEMBER 1978
Verder zal ik graag horen of er in het gewenste
aantal van twintig voorstellingen ook schoolvoor
stellingen worden opgenomen. Als dat zo is, menen
wij dat die met andere middelen moeten worden ge
financierd, namelijk met gelden van de schoolbe
sturen of van de scholen zelf die deze club uitno
digen. Een aantal van twintig voorstellingen lijkt
ons groot, maar het zal wel haalbaar zijn want
anders zou het niet in het collegebesluit zijn op
genomen.
Al met al menen wij dat u een wat gekunstelde
methode voor subsidietoekenning hebt gevonden, maar
het is in ieder geval een methode. Duidelijk wil
ik namens mijn fractie nog wel stellen dat dient
te worden voorkomen dit zal goed in het oog
moeten worden gehouden dat de Bredase subsidie
methodiek een gunstige voedingsbodem wordt voor
allerlei groepen die menen dat op kosten van deze
maatschappij nogal wat aan die maatschappij moet
worden veranderd.
De heer HENDRIKSEN: Wij hebben in de commis
sievergadering gezegd dat wij deze subsidiëring
een goede zaak vinden en wel om twee redenen. In
de eerste plaats is snel met de Kritiese Filmers
overleg gepleegd over de ruimte en de vernieuwing
van de subsidievorm en in de tweede plaats ik
zeg dit vooral in de richting van D'66 zijn de
Kritiese Filmers unaniem akkoord gegaan met de
voorgestelde vernieuwing van de subsidie. Daarom
is er voor ons ook geen enkele reden om deze sub
sidie opnieuw in overweging te nemen en te bekij
ken of zij kan worden veranderd. Daar komt bij dat
wij in het verleden soortgelijke subsidiëringen
hebben toegekend aan andere groeperingen in Breda.
Ik wil hierbij nog wel aantekenen we hebben dat
ook in de commissie gedaan dat een en ander ui
teraard afhankelijk zal worden van wat de toekom
stige sociaal-culturele bijdrageregeling zal gaan
inhouden en met name van wat de inspraak- en de
subsidieverordening gaan betekenen. Ik meen dat