1235 18 SEPTEMBER 1978 uitgegaan van de in het Kema-rapport genoemde va riant 6, waarbij het uitgangspunt is een aardgas- prijs van 0,32 in 1986. De op een dergelijke basis uitgevoerde berekeningen zullen aantonen dat een stadsverwarmingsbedrijf en -systeem reeds op betrekkelijk korte termijn rendabel zou kunnen zijn. Als een product schaars wordt stijgt zijn prijs, ook al is de vraag, in dit geval zijn ver bruik, besparend. Overigens geldt het voorgaande alleen maar als de omvangrijke aanloopverliezen buiten beschouwing mogen worden gelaten, maar daar voor heb ik reeds dekking aangegeven. d. De verbruiker mag noch qua kosten noch qua comfort in een nadeliger positie komen te verkeren dan de individuele verbruiker. Er zal, met andere woorden, een zodanig tarief voor de geleverde warm te moeten worden gehanteerd dat die de verbruiker niet meer kost dan zijn stadgenoot die zijn woning met een individuele c.v.-installatie op aardgas verwarmt. Dit betekent dat er geen kostendekkend tarief kan worden geheven, derhalve een risico. Wij zouden het echter afwijzen als men zou willen uit gaan van een kostendekkend tarief, waarbij de ver bruiker betaalt voor een sluitende exploitatie. e. De vaststelling van het verbruik zal zo op timaal mogelijk moeten zijn. Ten aanzien van het verbruik bestaan er vrij grote verschillen tussen de gebruikers onderling. Het verbruik is van aller lei omstandigheden afhankelijk, zoals van het type woning, de ligging van de woning, de samenstelling van het gezin en dergelijke. In verband hiermee is het een vereiste tot een voor de verbruikers rede lijke en acceptabele meting van het verbruik te komen. Toepassing van een afzonderlijke warmteme ter per woning zou ideaal blijken te zijn. Garan ties in deze richting zijn nog niet duidelijk, maar ik mag aannemen dat hierop bij de uitwerking secuur zal worden toegezien. f. Voor wat de Bredase situatie betreft zul len de kosten afhangen van de technische kwaliteit en daaraan ondergeschikt mogen zijn. Wat bedoelen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1235