18 SEPTEMBER 1978 1240 onvoldoende het belang is aangetoond van stadsver warming zoals b. en w. zich die voorstellen. Een objectief onderzoek naar andere wijzen van stads verwarming is dringend geboden. Daarvoor is naar onze mening alle reden. Uw college zal er wellicht op wijzen, dat dit onderzoek al heeft plaatsgevon den, namelijk door de Kema. Wij hebben gegronde twijfels aan de objectiviteit van het Kema-onder zoek. De opdracht tot dit onderzoek is niet alleen door de gemeente Breda gegeven, maar ook door de P.N.E.M. Kema kan nauwelijks beschouwd worden als een onafhankelijk onderzoeksbureau. Immers de N.V. P.N.E.M. is aandeelhouder van de N.V. Kema en an dere aandeelhouders zijn voornamelijk de andere electriciteitsmaatschappijen in den lande. Dit ver klaart voldoende waarom naar onze stellige indruk de beide rapporten op de P.N.E.M. zouden kunnen zijn geënt. Opvallend is trouwens dat bij de diver se berekeningen en rapporten onderling grote ver schillen bestaan, soms verklaarbaar, soms onmoge lijk te traceren. Duidelijk is wel dat het jongste rapport het project stadsverwarming aantrekkelijker doet zijn dan het eerste rapport; misschien een staaltje van wishful thinking in een kwasi-weten- schappelijke verpakking. Het objectieve onderzoek dat D'66 zich voorstelt zou een aantal redelijke alternatieven om even in te haken op hetgeen de heer Peeters heeft gesteld voor de realisatie van stadsverwarming moeten geven, compleet met een milieutechnische en een financieel-economische ver taling. Aan de hand van deze alternatieven kan een meer verantwoorde beleidskeuze worden gedaan. Van daag dient zich slechts één oplossing aan voor de realisatie van stadsverwarming, er is echter meer dan één oplossing denkbaar. Wij betreuren het ten zeerste dat keuzemogelijkheden aan de raad worden onthouden. Onze suggesties voor een andere aanpak van de stadsverwarming kunnen leiden tot behoud en verbetering van het milieu en bergen aanzienlijk geringere risico's in zich, terwijl zij tevens zeer bevorderlijk zijn voor de werkgelegenheid.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1240