1257 19 SEPTEMBER 1978 voorstel in die zin veranderd dat wij de weging van de risico's ter besluitvorming aan uw raad zullen voorleggen. Dat staat nu heel duidelijk in besluit nr. 9 en ik zie niet in waarom die formu lering nog veranderd zou moeten worden. Wij hopen hierover in november in uw raad te kunnen spreken. Een tweede punt waar de raad zwaar aan tilt is de kwaliteit van de stadsverwarming. Ik voel de zorg van de raad voor de individuele Bredase burger, mede ingegeven door de ervaringen met de wijkverwarming. Ik meen begrepen te hebben dat - in tegenstelling tot de wijkverwarming - de bur gers die aangesloten zullen zijn op de stadsver warming, eenvoudig gezegd een eigen, individuele centrale verwarming zullen hebben, met een eigen warmteregeling en een eigen bemetering, alles voor hetzelfde geld. Het verschil is alleen dat de centrale-verwarmingsketel niet in het eigen huis in de weg staat, bijvoorbeeld in de keuken of op zolder, zodat er ook niets met die ketel kan gebeuren. Het warme water zal vanuit Geertrui- denberg via een leiding in de huizen komen. De raad wenst ook inzicht in het systeem als geheel. Het college wil niet dat de raad daarom trent in het ongewisse blijft. Daarom zal het col lege het amendement van de heer Van den Wijngaard en vele anderen overnemen. Bij het aanvragen van de diverse deelkredieten voor de stadsverwarming zullen wij de raad tevens uitgebreide technische en financiële informatie voorleggen, zodat men zich inderdaad een beeld kan vormen van de - naar mij door deskundigen is verzekerd - beste kwali^- teit van de stadsverwarming. Deze kwaliteit wordt niet beïnvloed door de hoogte van de subsidie. Dit is de reden waarom wij voorstel nr. 301 heb ben ingetrokken. Wij zullen er een volgende keer - waarschijnlijk in november - mee terugkomen. Een derde punt dat vanuit de raad naar voren is gebracht heeft betrekking op een evaluatie of toetsing van het KEMA-rapportzoals verwoord in het amendement-CrulBij de beoordeling van dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1257