12 JANUARI 1978 119 een bedrag van ruim 19.000,niet voor zijn rekening? De dienst voor jeugd en sport moet dit bedrag vijf jaar lang op tafel leggen. Al deze vragen zijn in de betrokken commis sie nauwelijks aan de orde geweest. Ik weet dat de wethouder zal aanvoeren dat het benodigde bedrag uit onderwijskundig oogpunt, gezien de afmetingen van de lokalen, redelijk is en dat er een duidelijk financieel voordeel in het geding is. Vanuit de sector van jeugd en sport zal men zeggen dat het beter is dat de diensten een gebouw afbreken dan dat het in de wijk zelf wordt gesloopt. Dit zijn allemaal redelijke argumenten, maar ik meen dat ook onze argumenten aan de redelijke kant zijn. Het college moest weten dat bij de aanvang van de bouw het gemeenschapshuis "De Meidoorn" de bestaande accommodatie een andere bestemming moest krijgen. Het komt mij dan ook vreemd voor dat deze accommodatie geen bestemming krijgt in wijken als Geeren-noord en vooral -zuid, waar men al jarenlang om een dergelijke accommodatie zit te springen. In het bijzonder "De Trompenburg" heeft al vele malen een beroep op de commissie gedaan te bevorderen dat men over een redelijke accommodatie zal kunnen gaan beschikken. Ik zou de wethouder willen vragen of hij bereid is de gelden die in de sector jeugd en sport vrijkomen, beschikbaar te stellen voor ruimtebiedende gelegenheden. Wij zijn in principe bereid het gebouw naar de g.t.s. te verplaatsen, maar ik wil een uitspraak van de wethouder horen over de te volgen gedrags lijn ten aanzien van de financiële consequenties in de sector jeugd en sport. Wij kennen daaraan een zeer hoge prioriteit toe. Wethouder BROEDERSIk denk dat ook nu weer twee wethouders aan het woord komen. De heer Mar tens heeft gevraagd waarom het ministerie van on derwijs niet alles betaalt. Het is zo dat het mi nisterie op een gegeven ogenblik beslist over de vraag of er lokalen bijgebouwd mogen worden en of

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 119