1386
12 OKTOBER 1978
voor zo'n 300.000,door het E.T.I. gehouden,
waarbij een begeleidingscommissie haar medewerking
heeft verleend.
De heer GARRITSENIk wil mijn bezwaren best
noemen, maar ik denk dat de tijd te kort is om daar
uitvoerig op in te gaan.
Wethouder VAN DUN: Dat ontslaat mij dan van
de verplichting er verder op in te gaan. Wat onder
onsjes met de staatssecretaris of de minister be
treft, ik ben ingehuurd als lid van het dagelijks
bestuur van deze gemeente en als het mijn opdracht
is met de minister of de staatssecretaris te pra
ten dan doe ik dat. Ik wens dat niet op voorhand
tot een "onderonsje" bestempeld te zien.
Over naar belangrijker zaken. De heer Van der
Steenoven vraagt of de commissie eerder over be
stemmingsplannen kan worden geïnformeerd, omdat
met de St.A.R. toch ook eerder contact wordt opge
nomen. Ik heb ook wel eens moeite gehad met de be
voorrechte positie van de St.A.R. ten opzichte van
de raad. De St.A.R. moet echter kunnen adviseren
over hoofdpunten van ruimtelijk beleid en wij kun
nen niet eens per half jaar een bestemmingsplan
aan de St.A.R. voorleggen met het verzoek er maar
wat over te zeggen. Het zal u bekend zijn dat de
St.A.R. een bepaalde werkgroep heeft die continu
met onze werkgroep van gedachten wisselt. Daardoor
wordt het overigens met behoud van ieders eigen
standpunt wat gemakkelijker voor de St.A.R. om
zo'n bestemmingsplan te beoordelen. Ik wil de des
betreffende schema's best eens met de commissie
bekijken om te bezien of er in dit opzicht tijd
winst te boeken is en als dat mogelijk is zullen
wij het zeker doen. Wellicht is het mogelijk de
stukken wat eerder aan de commissie toe te sturen.
Ik heb nu zeker al tien keer gezegd dat ik aan
die 30 van de heer Brokx ook niets kan doen; ik
ga er bijna van huilen. Dit is een "knoeperhard"
gegeven, niet alleen voor de Haagse Beemden maar