16 NOVEMBER 1978
1440
onderhouden, waardoor de eigenaar later dan subsi
dies krijgt. Ik vraag mij af of de gemeente daar
steeds in moet bijspringen. Over het beleid op dit
punt zou ik graag duidelijkheid willen hebben.
Wethouder SANDBERG: Het gaat hier om het toe
kennen van een gemeentelijk restauratiesubsidie
ten behoeve van een pand. Ik heb in deze raad nog
nooit gehoord dat het restauratiebeleid niet goed
zou zijn. Iets anders is dat er over het monumen
tenbeleid met de raad bepaalde afspraken zijn ge
maakt. Ten aanzien van het restauratiebeleid geldt
volgens de Monumentenwet geen sanctie. Wèl bestaat
uiteraard de mogelijkheid tot aanschrijving, waar
van ook geregeld gebruik wordt gemaakt om eigenaars
van monumenten te attenderen op de onderhoudssitua-
tie van hun pand.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna over
eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethou
ders besloten.
19. Bijlage nr. 348:
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT
HET TOEKENNEN VAN EEN GEMEENTELIJK SUBSIDIE
IN DE RESTAURATIEKOSTEN VAN HET PAND KORTE
BRUGSTRAAT NR. 10 TE BREDA. (S)
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke
stemming wordt overeenkomstig het voorstel van bur
gemeester en wethouders besloten.
21. Bijlage nr. 350:
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT
HET VASTSTELLEN VAN DE TARIEVEN VAN DE GEMEEN
TELIJKE SPORTACCOMMODATIES VOOR 1979 (VOOR
SPORTVELDEN M.I.V. AUGUSTUS 1978). (W)
De heer DE BROUWER: De fractie van D'66 zal
met het onderhavige voorstel niet akkoord gaan,
met name om een tweetal redenen.