20 NOVEMBER 1978
1498
niet aanwezige, wethouder als de thans fungerende
wethouder van bedrijven. Ik wil hen speciaal noemen
als exponenten van het college, dat hieraan even
eens zeer hard heeft gewerkt, met inbegrip van de
wethouder van financiën.
Het is, hoewel niet exact, maar naar mijn ge
voel toch wel één minuut voor twaalf en we moeten
dan ook gauw met het project beginnen. Van ons mag
u morgen al beginnen.
De heer GARRITSENIn de discussie over het
stadsverwarmingsproject mis ik bij praktisch alle
partijen een duidelijke visie met betrekking tot
het energiebeleid. Als P.S.P. hebben wij onze uit
gangspunten, welke wij bij een energiebeleid essen
tieel achten, al eens naar voren gebracht. Een so
cialist kan en mag zich daar niet van af maken door
alleen de financiële en economische aspecten te
beoordelen. Zeggenschap en beheer over productie
middelen vormen voor ons een zeer belangrijk aspect,
maar de discussie in deze raad houdt zich daar nau
welijks mee bezig. Het is alleen aan de orde geko
men bij de decentrale opzet van de stadsverwarming,
waarbij de gemeente en niet de P.N.E.M. de exploi
tant van de warmtekrachtcentrales zou worden. Niets
vinden wij over democratisch beheer van stadsver
warmingsinstallaties.
Ik wil vervolgens iets over een tweede aspect
zeggen. Decentralisatie van de productie is in het
voor ons liggende plan niet aan de orde. Er is
sprake van een grootschalig project waarbij zowel
de warmtelevering als de elektriciteitslevering in
handen van de P.N.E.M. komt.
In de evaluatie van het K.E.M.A.-plan hebben
wij weinig heil gezien en wij zijn dan ook tegen
die evaluatie geweest. Het Centrum geeft eigenlijk
eenzelfde mening aan, want op pagina 5 van zijn
rapport lezen we: "Bij de evaluatie van het K.E.M.A.-
voorstel is gebleken dat op een aantal punten ver
beteringen mogelijk zijn. De verbeteringen kunnen
alleen gerealiseerd worden wanneer het stadsverwar-