20 NOVEMBER 1978 1516 dragen De moties zijn voldoende ondersteund en maken mede onderwerp van beraadslaging uit. De VOORZITTER: Het lijkt mij verstandig dat deze moties meteen worden gefotocopieerd, opdat zowel de raad als het college deze kan bestuderen. Hiertoe zal nu worden gepauzeerd. PAUZE De VOORZITTER: De vergadering is heropend. Wethouder SANDBERG: Met mijn eerste opmerking wil ik de heer Dreef en de heren statistici tege moet komen. Inmiddels hebben wij met de commissie 22 uur en 17 minuten, uiteraard op diverse momenten, over de stadsverwarming en aanverwante problema- tieken gediscussieerd. Het lijkt mij daarom op dit moment nauwelijks relevant het belang van de be slissing door de raad die op dit moment voorligt nader uiteen te zetten. Aan de ene kant is er na tuurlijk een maximale ruimte voor de besluitvorming aanwezig, maximaal in die zin dat de raad vanavond nog altijd "ja of "neen" tegen stadsverwarming kan zeggen. Aan de andere kant is diezelfde ruimte aan zienlijk ingeperkt ik kom daar uiteraard dade lijk nog op terug omdat die in het voorstel dat de raad heeft bereikt inderdaad is toegesneden op de K.E.M.A.-voorstellen. Als de raad vanavond ja tegen de stadsverwarming zegt, schaart hij zich in de rij van een aantal gemeenten als Utrecht, Nieuwegein, Almere, Rotterdam, Capelle, Den Haag en nog enkele andere, die alle projecten in deze orde van omvang hebben ontwikkeld, waarbij de cen trale leidraad was besparing van aardgas door het gebruik van afvalwarmte en in de tweede plaats het creëren van een bepaalde mate van comfort, dat te gen vergelijkbare kosten minstens op hetzelde ni veau ligt als een individuele voorziening.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1516