20 NOVEMBER 1978 1550 verschil van zo'n 100 miljoen tussen de bereke ningen van K.E.M.A./P.N.E.M./Enwa enerzijds en de berekeningen van het Centrum voor Energiebesparing anderzijds. Ik vraag mij af waarom dit verschil niet staande de vergadering zou kunnen worden toe gelicht Voorts heeft de wethouder verzuimd in te gaan op mijn betoog over de provinciale verordening. Het preadvies vermeldt dat die verordening gewij zigd zou moeten worden, maar ik houd staande dat zij niet behoeft te worden gewijzigd om de plannen, zoals wij die ons samen met het Centrum voor Ener giebesparing voorstellen, te kunnen realiseren. De heer Ten Wolde heeft nog een antwoord van mij tegoed over de rentabiliteit van investeringen bij de isolatie van woningen. Het gaat mij niet in de eerste plaats om de rentabiliteit van de inves teringen voor de gemeente alleen; het gaat mij al lereerst om de rentabiliteit voor de gehele Neder landse gemeenschap. De heer TEN WOLDE: Als wij 150 miljoen in woningisolatie willen steken, zullen wij toch wel over een dekking van de kapitaalslasten moeten be schikken. De gemeente zal het op de een of andere manier moeten financieren. De heer DE BROUWER: Jawel, maar ik zou mij kunnen voorstellen dat het rijk daarin bijdraagt, zodat de kosten niet uitsluitend ten laste van de gemeente komen. Daarbij komt nog dat de economische wetenschap niet in staat is gebleken om het milieu in economische begrippen te kwantificeren, dus dan mag u een dergelijke kwantificering zeker niet van mi j ve rwachten Wethouder SANDBERG: Ik heb aan het adres van de heer De Brouwer gezegd dat hij een aantal punten als hele en halve onwaarheden naar voren heeft ge bracht en dat komt waarschijnlijk doordat de heer De Brouwer grote moeite heeft met het luisteren in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1550