1583 20 NOVEMBER 1978 marges in de hand worden gehouden. Ik kan namens het college meedelen dat wij de motie van de heer Van den Wijngaard overnemen. De heer GARRITSEN: Ik vind de motie op zich erg beperkt. Ik begrijp natuurlijk wel welke pro blemen op korte termijn spelen en dat het ophalen van grof vuil erg duur is geworden. Als de wethou der zou willen toezeggen maar hij heeft dat niet te kennen gegeven dat een verdergaand rap port wordt gemaakt, zou ik wel met de motie kunnen instemmen. Ik vind dit noodzakelijk in verband met de vele problemen die zich bij het ophalen van huisvuil voordoen. Is de wethouder daar echter niet toe bereid, dan zie ik weinig heil in de ge vraagde nota omdat Breda dan blijft zitten met een vuilophaaldienst die beslist niet aan de wensen van de meeste inwoners voldoet. Als zodanig wil ik mij dan ook van deze motie distantiëren. De heer NEEB: Een heel korte stemverklaring van mijn kant. Met de motie als zodanig hebben wij geen problemen, maar ik vind het wel een beetje flauw dat, terwijl al was toegezegd dat er per 1 juni 1979 een rapport zou komen, nu speciaal een motie wordt ingediend om dat per 1 mei te laten gebeuren. Dit komt een beetje als mosterd na de maaltijd en daar zat ik niet op te wachten. Met de motie op zich kunnen wij ons nogmaals wel verenigen De heer VAN DEN WIJNGAARD: Aan het adres van de heer Neeb wil ik nog zeggen dat hij dan nog eens heel goed de notulen van 1977 moet nalezen, dan kan hij zien welke toezeggingen toen zijn ge daan en wat daarvan tot op heden werkelijkheid is geworden De heer NEEB: Ik ken ze niet uit mijn hoofd, maar ik heb ze wel allemaal gelezen!

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1583