28 NOVEMBER 1978
1633
Op dit laatste kom ik straks nog terug.
Bij de begrotingsbehandeling van 1975 sprak
onze toenmalige fractievoorzitter Dees tijdens de
algemene beschouwingen over een keerpunt in de fi
nanciële problemen van de gemeente. Dit betekende
echter niet dat de moeilijkheden waren overwonnen.
Ook in de toekomst zou voortdurende herbezinning
op de uitgaven noodzakelijk blijven. Tijdens de
begrotingsbehandelingen voor de jaren 1977 en 1978
hebben wij ervoor gewaarschuwd dat in de komende
jaren de begroting onder steeds sterkere druk zou
komen te staan, met name ten aanzien van de te
verwachten verlagingen van de uitkeringen uit het
gemeentefonds. Wij hebben er begrip voor dat het
door het late tijdstip, waarop inzicht is verkre
gen in de maatregelen uit Bestek '81, voor het
college onmogelijk was om nu nog wijzigingen aan
te brengen in de geplande bestedingen voor 1979.
In de nota van aanbieding zegt u dat een vol
ledige invulling van de beschikbare ruimte niet
verstandig was tegen de achtergrond van de rege
ringsplannen, waarbij is gesteld dat ook de gemeen
ten hun aandeel zouden moeten leveren. U zegt daar
bij tevens dat de gevolgen van Bestek '81 zonder
meer ingrijpend zijn en zelfs zullen leiden tot
tekorten in 1980 en 1981. Deze sombere vooruit
zichten nopen ons ertoe, ons op korte termijn ern
stig te beraden over aanpassingen van voorgenomen
beleidsmaatregelen. Wij zien dan ook met belang
stelling uw aangekondigde bijgestelde sector-be
leidsnota's en meerjarenbegroting in maart/april
a.s. tegemoet.
Bij de begrotingsbehandeling voor het jaar
1977 hebben wij u de suggestie gedaan over te gaan
tot instelling van een permanente saneringscommis
sie. In het licht van de uit Bestek '81 voortvloei
ende ombuigingsmaatregelen van de rijksoverheid en
de positie waarin Breda is komen te verkeren, her
halen wij ons verzoek tot instelling van een der
gelijke saneringscommissieMogelijk kan de door
de heer Crul gevraagde opzet met betrekking tot de
