28 NOVEMBER 1978 1637 Graag vernemen wij hierover het oordeel van de burgemeester als hoofd van de politie. Met betrekking tot de welzijnsvoorzieningen is het een ieder duidelijk dat de diverse terrei nen binnen het gehele welzijnsbeleid nodig op el kaar moeten worden afgestemd. Vooral binnen de sector van de maatschappelijke dienstverlening en de samenlevingsopbouw is de situatie in Breda on overzichtelijk of zelfs chaotisch te noemen. Ook de heer Eissens heeft hierop al gewezen. Gezien het Koninklijk Besluit van 18 mei 1977 inzake de Kaderwet Specifiek Welzijn, dient elke gemeente een zogeheten welzijnsplan op te stellen. In het beleidsprogramma 1978-1982, opgesteld door de aan het college deelnemende fracties van deze gemeenteraad, is vastgelegd dat de behoefte aan welzijnsvoorzieningen moet worden gepeild en dat op basis van deze peilingen een welzijnsplan moet worden ontwikkeld én uitgevoerd. De VVD-fractie dringt er dan ook bij het college met nadruk op aan om zo spoedig mogelijk een totaal welzijnsplan aan de Raad voor te leggen. Graag zouden wij van het college willen vernemen wanneer de eerste aan zetten daartoe aan de gemeenteraad kunnen worden overhandigd. Daarnaast zouden wij thans van het college willen vernemen of en hoe het plannings schema in tijd is om te komen tot dit welzijnsplan. Indien dit tijdschema nog niet door het col lege kan worden verstrekt verlangen wij van het college, dat dit ten spoedigste wordt opgesteld. Bij het opstellen van het welzijnsplan dient naar de mening van de VVD-fractie van de volgende uit gangspunten te worden uitgegaan a. De gemeentelijke overheid is de dienaar van de samenleving, zij beslist echter niet wat wel zijn is, doch schept slechts de algemene voor waarden, waardoor ieder individu de mogelijk heid heeft de kwaliteit van zijn bestaan te re aliseren naar eigen behoefte. b. Welzijn is een persoonlijke ervaring deel uit makend van de onaantastbare levenssfeer van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1637