28 NOVEMBER 1978
1649
gerealiseerd. Ter illustratie van dat andere den
ken moge dienen de oorlogstijd waarin materiële
voorzieningen tot een minimum waren gereduceerd.
Desondanks herinneren zich velen hoe weldadig het
was te ervaren dat er plaats vrijkwam voor immate
riële zaken. Een zelfde geluid hoorde men in de
korte tijd van de oliecrisis.
Een heel ander punt is het volgende.
Meer dan eens worden aan de raad beslissingen ge
vraagd over zaken die reeds zijn gerealiseerd.
Naar onze mening zou de raad niet akkoord mogen
gaan. Ook zou de raad niet akkoord mogen gaan met
een laat uur van vergaderen. Dan namelijk kan men
niet altijd geacht worden doordrongen te zijn van
het belang van zaken. Bovendien is men dan veelal
niet meer bereid tot luisteren naar en tot overwe
ging van op zichzelf goede argumenten. Zo wordt
eventueel aanwezige weerstand tegen een voorstel
gemakkelijk gebroken. Zo ook zou de raad niet ak
koord mogen gaan met het nemen van besluiten onder
hoge druk. Immers, in het geval dat projecten door
het college reeds in een vergevorderd stadium van
realisatie zijn gebracht, wordt de raad, zijns on
danks, geconfronteerd met de kans op financiële
calamiteiten bij afwijzing van het desbetreffende
voorstel. Kortom, de raad zou niet akkoord mogen
gaan met een zich op een zijspoor laten rangeren.
Wij horen in dit verband nog al eens de opmerking
dat men de rijdende trein niet wil verlaten. Wij
vinden echter dat de raad zich zijn rol van machi
nist bewust moet zijn.
Een derde punt, dat ons van het hart moet,
betreft het werken in commissies van advies en
bijstand. Voor de D'66-fractie een desillusie. Wij
zijn van mening dat het richting geven aan het be
leid van het gemeentebestuur juist gestalte moet
krijgen in deze commissies. Artikel 209 van de Ge
meentewet draagt burgemeester en wethouders op:
"het behoorlijk voorbereiden, voorzover het niet
aan anderen is opgedragen, van al hetgeen in de
raad ter overweging en beslissing moet worden