28 NOVEMBER 1978
1665
onderzoeksprogramma dacht. Ik heb hem gezegd dat
een onderzoek naar het verwachtingspatroon van de
bevolking ten aanzien van de politie van groot be
lang is om goede en zinvolle communicatie tussen
de politie en de burgerijten dienste waarvan de
politie per slot van rekening werkt, mogelijk te
maken. Wanneer die relatie van politie, openbare
orde en burgerij centraal staat, mag de burger van
een dergelijke nota over het functioneren van de
politie iets verwachten.
Duidelijk is dat het functioneren van de po
litie direct met de sterkte van het korps te maken
heeft. Ik geloof die illusie moet ik de heer
Ten Wolde ontnemen dat het op het ogenblik, ge
zien de sterkte van het Bredase politiekorps van
288 mensen, vrij weinig, om niet te zeggen: geen
zin heeft opnieuw op uitbreiding van de sterkte
aan te dringen. Ik heb dat in het verleden op ge
zette tijden gedaan en ik geloof ook dat de gevol
gen van uitbreiding van de stad de groeistadge
dachte is in dit verband genoemd na verloop van
tijd wel zullen blijken. Zeker is dat we 25 mensen
méér krijgen, weliswaar ook voor Zeeland, maar ik
heb de verwachting dat zij eveneens voor Breda
iets zullen kunnen betekenen. Men dient echter te
bedenken dat er meer dan twee jaar overheen zal
gaan voordat we die 25 mensen in dienst hebben. De
opleiding, die hier zoals men weet vanuit Heerlen
wordt verzorgd, is zó langdurig, dat het nu nog
anderhalf S twee jaar zal duren voordat die 25 men
sen zijn aangetrokken. We zullen dus nog lange
tijd moeten wachten, maar daar is niets aan te
doen en ik zie op dit ogenblik ook geen slagings-
kans hoe alert ik daarop ook wil zijn voor
het uitoefenen van alle mogelijke drang.
Ik stel er prijs op enkele cijfers te noemen.
De Bredase politie komt in de assistentieverlening
over het jaar 1978 in de orde van grootte van
15.000 te verkeren. In gevallen waarin de priori
teit hoog ligt, bedraagt de gemiddelde reactietijd
ongeveer 4,5 minuut. Het oplossingspercentage ligt