28 NOVEMBER 1978
1671
werkelijk, want deze regeling zou duidelijkheid
scheppen met betrekking tot hetgeen wij van het
rijk mogen verwachten en hetgeen wij daar als ge
meente dan eventueel nog bovenop zouden moeten
doen. Op de bestaande rijksregeling worden voor de
Bredase dienst geen kortingen meer toegepast, maar
de trendontwikkeling met betrekking tot de groei
van de uitgaven zal wel worden gevolgd.
Over de regionale SAD is het volgende te zeg
gen. Er is een overzicht aan de commissie financi
en verstrekt. In principe hebben wij uitgesproken
dat wij ook buiten Breda zouden willen werken en
het ziet er naar uit dat op basis van de artikel
41-commissie overeenstemming tussen onderwijs en
stadsgewest en/of gemeente zou kunnen worden be
reikt. Wel is daar van de zijde van het college
bij aangetekend dat de regionalisering een goede
voorbereiding van de juridische, administratieve,
personeelstechnische en financiële kant vereist
alvorens van de zijde van Breda volledige instem
ming zou kunnen worden betuigd. De essentialia van
onze dienst opzet, inhoud en taakstellingzou
den behouden moeten blijven. Er kunnen natuurlijk
altijd wat aanpassingen noodzakelijk zijn, maar
wij vinden de essentie van de Bredase dienst zo
belangrijk dat wij die duidelijk in de verdere on
derhandelingen willen inbrengen. Bovendien willen
wij als gemeente bij het bestuur van zo'n dienst
betrokken blijven, op korte termijn met name wat
het dagelijks bestuur betreft.
Momenteel bestaat de mogelijkheid dat de
dienst ook buiten Breda werkzaamheden verricht,
waarbij dan de volgende criteria worden aangelegd.
Het onderwijsveld van de plaats, die dienstverle
ning aanvraagt, moet daarmede instemmen. De werk
zaamheden moeten passen binnen de organisatie van
de huidige dienst en de kosten zullen door de ge
meente, waar de werkzaamheden worden verricht,
moeten worden betaald.
De kwestie van het voortgezet onderwijs is
een moeilijk probleem in die zin, dat er landelijk
