28 NOVEMBER 1978 1679 nog eens op ingaan. Afsluitend wijs ik erop dat de budgetmethodiek natuurlijk geen doel op zich is. Als wij betere systemen zouden hebben, zouden die in te voeren zijn, maar in het programakkoord staat op dit mo ment dat wij de budgetmethodiek verder zullen uit bouwen. Daarbij zal zo mogelijk rekening worden gehouden met het voorkomen van gevaren die overi gens bij elke methodiek aanwezig zijn. Wethouder VAN DUN: Mijnheer de voorzitter. U kunt zich voorstellen dat met name het betoog van de heer Crul mij als lid van de fractie van het CDA en ook als lid van het college nogal heeft aangesproken, maar wij hebben afgesproken dat u "het huis" tactvol in stand zult houden en boven dien acht ik mijn fractievoorzitter competent ge noeg om daar bij de replieken iets over te zeggen. Ik bepaal mij dus tot de zakelijke kant van het geheel Vervolgens mijn excuses in de richting van de voorzitter en de raad voor het stereotiepe verhaal mijnerzijds bij het begin van de algemene beschou wingen van de kant van het college. Door de frac tievoorzitters is bij de algemene beschouwingen zóveel aangedragen dat ik wellicht enerzijds de tijd wat zal overschrijden en anderzijds fragmen tarisch op zaken inga, waarbij ik misschien dingen laat liggen of te weinig diepgang vertoon. Ik vlei mij echter met de gedachte dat raad en college el kaar dezer dagen nog zullen zien. Waarschijnlijk zullen wij op donderdagavond over mijn portefeuille het nodige tegen elkaar kunnen zeggen, hetgeen overigens ook al uit de commissiebehandeling ter zake is gebleken. Over bouwen in Breda enkele opmerkingen. In 1956 werd naar aanleiding van signalen vanuit Bre da het overlegorgaan Planologische Vraagstukken Breda en Randgemeenten in het leven geroepen. Dat was het eerste signaal waarmee in de richting van het buitengebeuren het tekort aan bouwgrond in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1679