1688 28 NOVEMBER 1978 in zijn daadkracht verhoudt tot de besluitvorming van uw raad. Overigens wijs ik de heer Crul er wellicht ten overvloedenog eens op dat wij niet alleen praten over het zeer belangrijke wonen in de binnenstad, maar ook over het invullen van andere door de raad gewenste functies. Als wij dan bouwen in Breda en wij bezien de verhouding Haagse Beemden: binnenstad, dan raken wij de concrete problematiek van de stadsvernieu wing. Ik heb om te beginnen het grootst mogelijke respect voor al degenen die, zowel in stuurgroepen als in projectverband, bezig zijn met het proces van de stadsvernieuwing, maar óók met de bevolking die daarmede wordt geconfronteerd. Het probleem van de stadsvernieuwing is werkelijk een enorme klus niet alleen in financiële zin maar ook in de zin van mankracht, overbrengen van bedoelingen, registreren van wensen en realiseren van gezamen lijk opgebouwde programma's. U weet dat wij daar aan werken en u weet ook dat in de nota van aan bieding staat dat u in het voorjaar van 1979 een preadvies over de stadsvernieuwing zult krijgen. Stelt u zich daar maar alles van voor, want dat wordt niet het gebruikelijke blauwe, groene of grijze preadviesjeHet wordt een preadvies dat zich qua besluitvorming, omvang en intentie ver houdt tot de problemen van binnenstads- en Haagse Beemdenbesluiten. Overigens dient het gehele pak ket, dat nu gereed ligt bij de stuurgroep binnen stad, eerst nog indringend in het college te wor den besproken. Het is geen zaak van openbare wer ken en ruimtelijke ordening alleen, want hierbij spelen ook andersoortige vraagstukken die in het bijzonder betrekking hebben op de portefeuille van mevrouw Paulussen een rol. Eén van de problemen is dat wijwanneer wij 6 stadsvernieuwingsgebieden in de binnenstad gaan aanwijzen, verwachtingen bij de bevolking wekken waarvan wij ons moeten afvragen of wij ze wel kun nen waarmaken. De heer Ten Wolde sprak in dit ver band van een "buffervoorraad". Welnu, dat is juist

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1688