28 NOVEMBER 1978
1697
dat bouwen zijn geen goede huisvesting realiseren.
U weet dat de behoefte aan passende huisvesting
voor de dienst openbare werken nog steeds een ur
gente aangelegenheid is. De raad heeft een krediet
verleend, niet alleen om zaken voor te bereiden en
te bezien hoe de situatie op het moment precies
is. U weet dat aan een drietal architecten de op
dracht is gegeven om te bezien of een eventuele
locatie aan het Van Coothplein zich verdraagt met
het behoud van de gevel aldaar. Het Chassé-comité
kan dan wel zeggen dat al besloten zou zijn dat er
op het Van Coothplein gebouwd gaat worden, maar
wij zullen dat besluit toch eerst nog met elkaar
moeten nemen.
Tot slot dank ik iedereen voor de getoonde
belangstelling, met de opmerking dat ik in ieder
geval geen behoefte heb aan een heroriëntatie over
mijn portefeuille in deze vier jaar.
Wethouder SANDBERG: Gaarne wil ik beginnen
met mijn antwoord in het kader van het milieube
leid, maar niet vanwege de uitvoerige aandacht die
aan deze materie is besteed. In slechts één alge
mene beschouwing is er namelijk uitdrukkelijk aan
dacht aan besteed. Ik doe dit, afgezien van een
eerbetoon aan deze portefeuille die ik deze dagen
mag waarnemen, omdat ik van mening ben dat dit as
pect in de toekomst wellicht schoorvoetend een
steeds belangrijker onderdeel van de algemene be
schouwingen zal gaan vormen. Wanneer wij immers
over milieubeleid spreken, dan praten wij vanuit
een integrerend onderdeel van alle sectoren van
het totale beleid. Ligt sinds kort de coördinatie
van het bereiken, handhaven of herstellen van het
evenwicht tussen de consequenties van de welvaart
en de verlangens ten aanzien van het welzijn bij
één wethouder, het evenwicht zelf is afhankelijk
van tijdstip en maatschappijvisie, welke laatste
zeker ten aanzien van het milieu behoorlijk in
beweging is, Het spreekt vanzelf dat de landelijke
ontwikkelingen en meer speciaal de nieuwe wetgeving