28 NOVEMBER 1978
1735
heeft op huisvesting. Het programakkoord zegt dat
in het beleid hoge prioriteit aan de huisvestings
problematiek moet worden gegeven, met speciale
aandacht voor de zwakke in de samenleving. Daar
hebben verschillenden van u op gewezen en daar
heeft collega Van Dun ook al het nodige over ge
zegd. Ik word wekelijks, ja zelfs dagelijks ge
confronteerd met deze belangrijke huisvestings
problematiek van vele Bredase burgers die een
eerste levensvoorwaarde in de vorm van een dak
boven het hoofd missen of die een woonruimte heb
ben die niet aan hun levensomstandigheden voldoet.
Ik meen dat het één van de belangrijkste politie
ke opgaven voor college en raad is dat wijge
zien ook het programakkoord dat wij op 5 septem
ber j.l. officieel hebben bekrachtigd, elkaar
daar in deze raadsperiode aan zullen houden.
Met betrekking tot de toewijzing enkele kor
te opmerkingen. Wekelijks geef ik burgers de ge
legenheid hun huisvestingsproblematiek te bespre
ken, welke mogelijkheid overigens ook al bestond
toen collega Van Dun dit onderdeel onder zijn
hoede had. Het is een soort spreekuur op afspraak
voor mensen die een keer met de verantwoordelijke
wethouder over hun problemen willen praten. Ik
word daarbij geassisteerd door het hoofd van het
CRB. Er zijn gesprekken met bewoners- en met
wijkcomités en ik heb na overleg met de heer Van
Dun ook gesprekken met het hoofd en de woningin-
specteurs van ons eigen gemeentelijk woningbedrijf,
om met hen na te gaan waar de knelpunten liggen.
Ook ben ik namens het college afgevaardigd in de
begeleidingscommissie van het Centraal Registra
tiebureau, die de urgentie- en toewijzingsnormen
vaststelt. Van daaruit zullen wij moeten gaan
werken aan de programakkoord-afspraak van één bu
reau voor inschrijving en toewijzing. Ik weet nu
al dat het veel overleg zal kosten om dat te be
reiken en dat het in het belang van de Bredase
woningzoekenden wel de moeite waard zal zijn om
met kracht en overtuiging te werken aan een zaak,