30 NOVEMBER 1978 1768 (middag) de heer Garritsen is, spijt mij toevallig hele maal niet De heer GARRITSEN: Ik denk dat u het niet be grijpt, mijnheer Veelenturf. Het gaat mij er om dat ik ook op bijeenkomsten kom waar ik een ander standpunt durf in te nemen en ik heb duidelijk de indruk dat het CDA het in dergelijke gevallen laat afweten. Op de verkiezingsavond bij Chassé liepen twee vertegenwoordigers van het CDA weg; zij wil den wel aanhoren wat het comité te vertellen had, maar toen zij zelf aan de beurt kwamen om hun me ning te geven haakten zij af. Dan vind ik het moe dig van de VVD om te blijven zitten. Verder zeg ik niet dat het CDA niet op de Haagdijk aanwezig was, maar het gaat mij erom dat ik daar met mijn min derheidsstandpunt wél aanwezig was en mijn stand punt ook kenbaar heb gemaakt De VOORZITTER: Laten wij nu niet al teveel meer over fatsoen spreken. De heer VAN DUIJL: De heer Garritsen heeft het over een bepaalde avond en het is mij zeer be kend dat wij de ruimte toen voortijdig hebben ver laten maar dan moet de heer Garritsen wel volledig zijn; dan moet hij duidelijk zeggen wat er in de uitnodiging voor die bijeenkomst stond en wat de realiteit van die bijeenkomst was) De heer Garrit sen probeert ons om de tuin te leiden en in de val te lokken, maar daar trappen wij niet in! De heer GARRITSEN: Het ging er daar om dat het CDA inderdaad over het beleid voor de binnen stadsplannen in een wat algemener kader moest spreken en zijn mening geven. Dat kon en wilde het CDA niet omdat het niet in de uitnodiging stond, maar ik vind toch dat een partij die jarenlang die plannen in de Bredase raad heeft verdedigd zich er op dat moment wel erg gemakkelijk van af heeft ge maakt door heel formeel te zeggen: het stond niet in de uitnodiging en dus kunnen wij er niet over praten. Hetzelfde gold voor de WD, maar die bleef

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1768