1775 30 NOVEMBER 1978 (middag) De heer BROEDERS: Het doet mij deugd dat ik vriendelijk op de heer Eissens ben overgekomen; ik heb er ook mijn uiterste best voor gedaan. Wat de samenstelling van de begroting betreft hebben wij ons aan een aantal voorschriften te houden. Ik stel mij voor dat wij bij de volgende begroting in ieder geval ons uiterste best doen om de gevraagde samenvatting te maken. Binnenkort heb ben wij daarover de eerste besprekingen en het is de bedoeling dat bij de eerstvolgende begroting een samenvatting zal worden gepresenteerd. Ik ben wat voorzichtig geweest met het noemen van data in toezeggingen. In de besprekingen die ik elke week met de afdeling financiën heb wordt altijd van de termijnmarkt gesproken, omdat men steeds weer vraagt naar de termijnen waarbinnen een en ander kan worden geregeld. Wij kunnen met betrekking tot die termijnen wat minder duidelijk zijn omdat er binnen de afdelingen nogal wat ver schuivingen zijn geweest en wij bovendien nog met ziekte te maken hebben; zoals u weet ligt de chef van de afdeling op het moment in het ziekenhuis. Wij zullen echter bij de besprekingen alles op alles zetten om de subsidienota rond september/ oktober 1979 gereed te hebben, dus nog vóór de be grotingsbehandeling. Met de inventarisatie van boven- en intergemeentelijke regelingen zouden wij rond mei 1979 gereed kunnen zijn, maar hetgeen wij daarmede kunnen doen vraagt een breder overleg. Dan zullen wij ook de vraag van de heer Eissens, wat wij verder met die regelingen aan moeten, kun nen bespreken. Aan het adres van de heer Crul wijs ik erop dat verschuivingen --zowel in de kapitaalssector als bij personeel etc.vanuit de financiële op tiek over de budgetten heen mogelijk zijn. Aan de andere kant moeten wij echter wel de realiteit in het oog houden. Wij hebben er in de commissie al uitvoerig over gesproken. Gezien de huidige kapi- taalslasten moeten wij natuurlijk wel iets met het object als zodanig doen en wij kunnen dus niet van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1775