30 NOVEMBER 1978 1811
(avond)
De heer EISSENS: Voor mij niet langer.
De VOORZITTER: Ik schors de vergadering.
SCHORSING.
De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. Ik
denk dat wij nu voor de laatste keer althans
voor vandaag en voor morgen over de motie zul
len spreken. De heer Eissens zal naar ik aanneem
het woord tot ons willen richten.
De heer EISSENS: U lijkt net het orakel van
Delphi. U spreekt over wat er vandaag en morgen
zal gebeuren, maar je weet nooit wat er in de
schoot der goden verborgen is.
Geconstateerd moet worden dat spreken gemak
kelijker is dan luisteren. De afgelopen uren heb
ben wij vele malen duidelijk gemaakt hoe wij tegen
het programakkoord aankijken, een opvatting die
overigens al op 5 september bekend was. Het is
jammer dat de Partij van de Arbeid nu pas begrijpt
wat wij bedoelen.Dat zal wel aan onze overtuigings
kracht hebben gelegen maar in ieder geval ben ik
blij dat die duidelijkheid tot realiteit is gewor
den. Wij stellen het op prijs dat de P.v.d.A. be
reid is naar ik hoop met een constructieve op
stelling verder te gaan. Ook wij zijn daartoe
uiteraard bereid, want het komt niet door ons dat
dit alles zo is gelopen.
Als wij de Gemeentewet en het reglement van
orde ter hand nemen, kennen wij geen motie op ter
mijn, een motie "in een parkeerhaven" of iets van
dien aard. Voor ons is een motie een motie. Als
dan ook de heer Crul zegt waar ik blij om
ben dat de P.v.d.A. de motie wil laten voor wat
zij is, met de toevoeging "op termijn", dan heb
ik woorden als "op termijn" of "in een parkeerga
rage" niet gehoord. Voor ons is de motie weg en
mocht er op een gegeven ogenblik een motie terug
komen, dan zullen wij die in de situatie waarin we